Categorie: christelijk geloof

een gezegend 2020, een kleine terugblik…

21 mei, 7.45 uur, een vrijwel uitgestorven Dam. Door een stille stad fietsen, wanneer maak je dat mee? Hemelvaartsdag – dauwtrappen.

Onze buren zitten nu al ruim een week in quarantaine. De buurman was aangestoken door zijn baas en moest op zolder bivakkeren, totdat de buurvrouw ook besmet bleek en ze dus gewoon weer samen konden zijn. Geen zware klachten maar toch… Zo kwam het coronavirus opeens heel dicht bij. In Vriezenveen heeft het virus inmiddels ook toegeslagen, gelukkig vallen de klachten daar tot op heden ook mee. De kerkdiensten zijn op dit moment weer volledig online, maar wel open voor hen die echt even contact willen met anderen. Het tekent natuurlijk het afgelopen jaar. In mijn agenda heb ik sinds 16 maart in de kantlijn de stand van zaken bijgehouden. Inmiddels zitten we in week 42. Week 16 bijvoorbeeld: “Nog steeds oppassen voor covid”, week 19, we waren in Frankrijk: “Mondkapjes verplicht” en week 29: “Bijna weer lockdown”.  Het jaar 2020 zal er door getekend blijven en later zullen we er over praten, zoals onze ouders en grootouders dat deden over de Spaanse griep.
Toen we elkaar aan het begin van dit jaar een gezegend nieuwjaar wensten, hadden we dit niet verwacht. Een enkeling was het die waarschuwde dat het virus echt niet bij de grenzen van Wuhan in China zou stoppen. Een goede vriend van Harm sloot voor zijn bedrijf, dat festivals organiseert, net op tijd een pandemieverzekering af. Maar voor 2021 zal dat niet meer gaan. Door sommige geestelijke leiders werd gesuggereerd dat corona wel een straf van boven zou moeten zijn, maar daarnaast was er ook genoeg kerkvolk dat niet geloofde in besmettingsgevaar en corona afdeed als een gewoon griepje. We zullen zien wat er later in de geschiedenisboeken zal staan. Zal het gaan over een moderne maatschappij die bijna alles kon regelen, maar opeens overvallen werd door een besmettelijk virus, of over miljoenen mensen die zich lieten misleiden door een zogenaamde pandemie?

Het boek van de Engelse theoloog Samuel Wells, “Wees niet bang” (uitgegeven 2011), was dan ook een verademing om te lezen.  Hij wijst er op dat je als gelovig christen op een nuchtere manier moet omgaan met de dood. En pandemieën moeten mensen aan het denken zetten over de eindigheid van hun bestaan, ons leven is niet maakbaar. Des te troostvoller is daarom het geloof in een leven na dit leven. Je zou daarom wensen dat meer mensen de rust van leegstaande kerken opzoeken; een kaarsje branden, luisteren naar de stilte en misschien een goed gesprek hebben met een luisterend oor. Maar ook om handen te vouwen en toe te geven dat er een Schepper is van hemel en aarde, die zijn Zoon naar deze wereld zond. Gods Zoon die op zoek ging naar verschoppelingen, verdrukten, armen en mensen die lijden onder corona.

Een nieuwjaarsreceptie aanstaande vrijdag met de buren zit er dus niet in. Op de laatste dag van 2020 zouden we natuurlijk pagina’s vol kunnen schrijven over wat er allemaal niet kon en kan. Het werd een uitgeklede kerstmaaltijd in Lelystad bij kleine Teun, maar wel gezellig. De concerten van het Nederlands Philharmonisch Orkest werden gecanceld. Het IDFA was een kale bedoening, ondanks het feit dat ik een aantal dovumentaires op de computer heb zitten kijken. Ook kerkdiensten konden in het begin niet doorgaan en later in oktober was het vanwege de verbouwing beter om een paar keer alleen maar online te gaan. De werkkamer van onze predikant werd zo opeens een kapel, met enkel een ouderling, een techneut en de dominee. Het blijft behelpen; op zondagmorgen achter de computer, ondanks alle inzet van de vrijwilligers. We verlangen naar een volle kerk en we willen weer uit volle borst kunnen zingen en in een grote kring samen de maaltijd van de Heer vieren!

Veel kon er ook wel. In de zomer konden we gewoon op vakantie naar midden Frankrijk. Voor het eerst  in de orangerie van kasteel Digoine ‘gebivakkeerd’, heel gaaf!  Met broer en schoonzus een week optrekken en als toetje kregen we een rondleiding door het vervallen en leegstaande chateau. In het voorjaar was met stil weer zelfs  een gedeelte van een zolder van het kasteel ingestort, maar dat mocht Matthew er niet van weerhouden om een boeiend relaas af te steken over het in de 13e eeuw gebouwde kasteel. En als we een souvenir mee wilden nemen; bij de uitgang afrekenen. Na ongeveer tien jaar Digoine was dat wel heel bijzonder. Thuis hebben we ‘Jezus’ schoongemaakt en nu prijkt het Heilig Hart beeldje in volle glorie op ons Franse dressoir.  “De verering van Jezus Christus krijgt vorm vanuit de liefde en barmhartigheid, die worden gesymboliseerd door Jezus’ Hart.” (citaat van Wikipedia)
Hij is het die zorgde voor vergeving van zonden en dat we mogen uitzien naar een eeuwig leven!

Bij het vele wat gewoon kon in 2020 hoort ook ‘het lezen’. Zelfs tijdens de huidige lockdown zijn er boeken af te halen bij de bibliotheek. En wanneer het echt nodig is kan dat ook bij mijn favoriete boekhandel aan de Middenweg. Toen we min of meer opgesloten zaten tijdens onze voorjaarsvakantie op Gran Canaria, had ik gelukkig genoeg boeken bij me in de koffer. Genoten heb ik later van de biografie over Prins Charles van Sally Bedell Smith, nog steeds in de aanbieding trouwens! Maar ook het boek van Rahma El Mouden over haar leven, boeide van begin tot eind. Zij heeft met haar firma MAS jarenlang onze school geboend en gepoetst. Inzicht gevend, hoe zij als Marokkaanse vrouw en moslima een plek weet te veroveren in Amsterdam. En pas nog las ik een heruitgave van Jan Brokkens ‘De blinde passagier’. Een prachtige roman over vluchtelingen, hoe actueel in deze tijd, en de teloorgang van de Nederlandse koopvaardij. En als we het toch over vluchtelingen hebben dan is ‘De bijenhouder van Aleppo’ een boek dat je uit je slaap kan houden.
Inmiddels ben ik begonnen in ‘De opgang’ van Stefan Hertmans en in ‘Revolusie’ van David van Reybrouck. Revolusie gaat over wat Nederlanders hebben uitgestukt in Indonesië en hoe dat land het Nederlandse juk afwierp; een huiveringwekkende geschiedenis. Om het plaatje compleet te maken, nog twee buitengewoon boeiende boeken die ik las. Een heel bijzondere detective is het boek ‘Gewone genade’, een aanrader en o zo jammer dat het door de uitgevrij niet beter verkocht is. Andere vertalingen van Krueger laten daarom nog wel een poosje op zich wachten. De laatste aanrader is een biografie en autobiografie ineen; Alex Boogers  met zijn zoon op bedevaart naar plaatsen uit het leven van Bruce Lee.

foto Jannes Glas, gebruikt als nieuwjaarswens en bedankkaart voor steundeopk.nl

Er gebeurde natuurlijk veel meer en er zijn dagen die we niet zomaar vergeten. De oppasdagen met Teun, klussen in de Oosterparkkerk, heerlijke fietstochtjes in Amsterdam en omgeving, maar ook de dag dat vriendin Diny belde om te vertellen dat hun zoon was gestorven. Het laatste riep zo veel herinneringen op, maar tegelijkertijd was het ook goed om het verdriet te delen. Het ‘Kyrie Eleison’ zal dus ook in 2021 niet van de lucht zijn.

Een gezegend 2021 gewenst.

Verdwijnen de verhalen…?

Deze week is de vloerenman bezig. Op de galerij had hij zijn kunsten al vertoond, maar nu mocht hij los op de kerkvloer. Wanneer je vandaag of morgen even binnenloopt en dan de geur opsnuift, zou je willen dat je het in een potje kunt stoppen en dat op een zondagmorgen kunt rondstrooien, zo heerlijk ruikt het. Het prachtige Amerikaans grenen was in bijna 120 jaar natuurlijk behoorlijk aangetast en voor zover ik weet nog nooit flink opgeschuurd. In 1980 lagen er in de twee gangpaden kokosmatten en ook voor het podium lagen matten. Jaren later, toen de tand des tijds had toegeslagen werden ze naar de vuilstort gebracht. Nieuwe matten kwamen niet terug, iedereen vond het zonder matten mooier. Er werden, toen in de ‘beheerderswoning’ nog een kostersechtpaar woonde, de naam van de familie Dijkstra zij met ere genoemd, jaarlijks schoonmaakdagen georganiseerd. Lampen werden met behulp van een lange ladder schoongemaakt en zelfs de gordijnen werden gewassen. Met een grote schrobmachine werd de kerkvloer schoongemaakt (met water en groene zeep). De vloer lag er dan weer voor een aantal maanden prachtig bij. Maar inmiddels was er echt groot onderhoud nodig. Het prachtige hout, wat natuurlijk nog veel ouder is dan 120 jaar heeft dus al heel wat kerkvolk over zich heen gehad. Van 1904 tot 1976 een heleboel Doopsgezinde broeders en zusters en vanaf begin jaren 70 dus ook de vrijgemaakten, die het gebouw uiteindelijk in 1976 kochten.

Prachtig stilleven op de galerij.

Amerikaans grenen is uitermate geschikt om er vloerplanken van te zagen.  Doordat de stammen tot wel 30 meter lang zijn zijn er geen noesten in het hout. Dat hebben de bouwers en architect Salm aan het begin van de 20e eeuw goed bedacht. Daarnaast is het niet de meest dure houtsoort, de kerk mocht niet te veel kosten. De kozijnen werden ook van grenen gemaakt en later geverfd en gehout, ook zo’n zuinigheidsmaatregel. Dat op zich is natuurlijk al een mooi verhaal, maar afgelopen zondag toen we nog op de stucloper zaten, dwaalden mijn gedachten naar de vloer. Ik heb iets met vloeren en door de jaren heen bij de dochters, bij vrienden en ook collega’s kaal beton belegd met mooie houten planken, prachtig laminaat en een enkele keer zelfs met namaakhout. Dat laatste weiger ik nu principieel, geen kunststof. Niet een paar dagen op de knieën met als resultaat een vloer met namaak uitstraling. De kerkvloer zal straks één of op sommige plekken wel twee millimeter kwijtraken, zat ik te bedenken.

Zullen dan ook al die verhalen die zich op de vloer hebben afgespeeld daarmee verdwijnen? Ik moest opeens denken aan al die kerkgangers die niet in onze ledenlijst terechtkwamen. Zoals broeder S. die zich op de voorste rij nestelde in het gezelschap van een grote zwarte hond. Hij luisterde aandachtig en mompelde zo nu en dan wat door de preek, zijn hond bleef gelukkig rustig. Later beweerde hij dat hij ook een preek had geschreven en die ook wilde houden. Dat ging de kerkeraad, toen nog zonder n, toch wel te ver. S. was ontstemd en keerde niet meer terug. En niet te vergeten broeder L., die zo nu en dan op de achterste rij ging zitten en later regelmatig op bezoek kwam bij de evangelisatieprojecten in het Bijlmerpark. Een woord of een zin riep bij L. allerlei associaties op en dan was er geen touw meer aan vast te knopen. Het ging werkelijk van Feike Asma tot allerlei theologen. Tijdens een maaltijd in het Bijlmerpark werd een Bijbelgedeelte gelezen waarin het monument Eben Haëzer voor kwam (1 Samuël 7). L. vroeg wat dat betekende en hij kreeg als antwoord: ‘Tot hiertoe heeft de Heere ons geholpen’. ‘Oh’, zei L., ‘dan snap ik waarom bij het Gein dat fietspad op houdt’. Later kwamen we er achter dat een boerderij daar de naam ‘Eben Haëzer’ droeg. ‘Eben Haëzer’ betekent trouwens gewoon ‘steen van de hulp’ (God die hielp in de strijd), het ’tot hiertoe’ wekt dus nogal verwarring. Op en zondagmorgen zat broeder L. weer achter in de kerk en was behoorlijk onrustig. De irritatie liep hoog op en enkele broeders hebben hem toen de kerk uitgezet. Een verdrietige gebeurtenis, want buiten zette broeder L. het op een schreeuwen.
Broeder Westerneng, die stond later wel in de ledenlijst, kwam in mijn gedachten. Een kleurrijk figuur die veel door de stad had gezworven met zijn accordeon. Bij het evangelisatieproject begeleidde hij wel eens de samenzang. Toen hij officieel lid zou worden, zat hij op een zondag behoorlijk dronken op de galerij. De dominee nam, op aandrang van de koster, voor de dienst maar eens poolshoogte, maar rapporteerde dat hij niets had geroken… Nu was deze voorganger geen gebruiker van alcoholische dranken, dus misschien had hij niet het verschil ontdekt tussen ranja en alcohol. Deze broeder had altijd mooie verhalen, luisterde vaak hele dagen naar radio Parousia waar hij ook inbelde. Helaas had hij het niet in zich om zijn huis schoon te houden. Ging een ouderling op bezoek dan nam deze in de binnenzak een schone beker mee. Broeder Westerneng is na zijn sterven in het OLVG, vanuit de kerk begraven. Als eerbetoon had men op de kist zijn accordeon een plek gegeven. ‘Helaas’ schoot er tijdens de overdenking een riempje los en klonk er nog een prachtig klagend geluid vanaf de kist, een soort eresaluut!
Ik hoop maar dat met het verdwijnen van de bovenste laag, niet de verhalen verdwijnen. Trouwens op deze opgeschuurde vloer zullen ook weer nieuwe verhalen ontstaan.

NB www.steundeopk.nl

Harm 1982 – 2016 -2020 | In memoriam Harm (84)

HARM: bootje, verliefd, Amsterdammer, IT-er, gek van plaatjes draaien, hoe meer festivals hoe beter, prachtige foto’s proberen te maken, illegaal spuiten, stiekem slapende treinreizigers fotograferen, zonnebril en oooh die rugtas …..

Of opa zijn zakmes wel meenam, de kleinkinderen vroegen het meerdere keren. Ach ja, opa kan fluiten met een grassprietje tussen zijn vingers, maar dat lukt hen nog niet. Daarom vertelde ik maanden geleden dat je ook een fluitje kunt maken van een tak van de lijsterbes (Latijnse naam: Sorbus aucuparia). Voor mijn jongste broer is dat, volgens zijn eigen zeggen, de trigger geweest om orgelbouwer te worden. En wie weet is het voor Jip en Fiene een aanzet om later iets met muziek te doen. Maar helaas vind ik tot op heden hier aan de rand van Diemen-Zuid geen lijsterbessen. Maar gisteren, toen ze hier waren in verband met Harm zijn sterfdag, begonnen ze er gelijk over: “Opa, gaan we nog een fluitje maken?” Ik legde uit dat er hier geen lijsterbes was, maar misschien wel op de begraafplaats waar we met z’n allen naar Harms graf zouden gaan. We hebben wat afgespeurd op Zorgvlied, maar helaas geen lijsterbes. Of het dan niet met een andere tak kon? Helaas, dat fluitje houden ze dus nog tegoed.

Het was goed om als gezin stil te staan bij  de 14e september, samen een gin-tonic te drinken en een paar elpees draaien uit Harm zijn collectie en letterlijk stil te staan bij de tekst uit Matteüs 5, “Zalig die treuren, want zij zullen vertroost worden”. Coos veegde de grafsteen schoon en zette wat nieuwe plantjes op de hoogste tree. Het water stroomde al snel over andere treden van Harms graf en Coos zag er tranen in, hoe symbolisch. Kleinzoon Siebe begreep dat niet, huppelde weer weg en ging met grote broer en zus steentjes zoeken om die naast Joshi te leggen. Herdenken in het klein, een beetje voortbouwen op wat Harm deed. De pijn en het gemis is ook na vier jaar niet weg. Maar aan de kleinkinderen is te zien dat het leven ook gewoon doorgaat, wat weten zij over tien, twintig jaar over hun verongelukte oom? Een foto, een album vol herinneringen en een steen met vele steentjes op zijn graf. Harm leeft voor ons voort in zoveel kleine dingen; soms zien we hem fietsen of horen we muziek waarbij de tranen branden. Maar ook de momenten die je zo graag samen zou willen delen of dat je even om raad zou willen vragen… Zoveel momenten in de wetenschap dat het niet meer kan en tegelijkertijd beseffen dat we elkaar ooit weer zullen ontmoeten.

Kyrie eleison

Coronazondag, Palmpasen

De eerste zondag van april werd vanmorgen als een hele zonnige aangekondigd door weerman Jan Visser op Radio 4. Visser kreeg gelijk, misschien zou het in de Bilt wel de 20 graden aantikken en werd het daarmee een record. De zon verwarmt het onrustige lijf in deze vreemde dagen. Gelukkig kunnen we ook deze zondag weer online onze kerkdienst meemaken. En vandaag wel een heel bijzondere. Als het coronavirus er niet tussen was gekomen, dan waren we van alle kanten uit Amsterdam vanmorgen naar de Zuiderkerk gegaan om daar als Nederlands Gereformeerde Kerk, Christelijke Gereformeerde Kerk en Gereformeerde Kerk (vrijgemaakt) samen Palmzondag te vieren. Helaas ging dat niet door, maar de drie predikanten staken de koppen bij elkaar en zorgden ervoor dat er een gezamenlijke onlinedienst kon worden gehouden. Op het You Tube kanaal van de Amstelgemeente werd vanuit De Duif de dienst uitgezonden. De Amstelkerk, waar de Amstelgemeente (CGK) normaal gesproken op zondag samenkomt, is op dit moment niet beschikbaar  vanwege groot onderhoud en men is daarom uitgeweken naar de andere kant van de Prinsengracht. De ruim 130 volgers (en er zullen op de verschillende computers meerdere huisgenoten meegekeken hebben) zagen en hoorden onze eigen dominee op de piano en dominee Jan van Helden van de NGK op gitaar. Dominee Rein den Hertog leidde de dienst, hartverwarmend!
Juichen voor Jezus = lijden met Jezus! Willen we werkelijk achter Jezus aan? Dat is een indringende vraag, ook in deze coronacrisis. Zijn we bereid om ons leven te verliezen, om het daardoor te behouden? Maar gelukkig gloort er ook HOOP! Achter Golgotha gloort de Paasmorgen en achter wanhoop gloort hoop! Met deze hoopvolle woorden sloot onze dominee Marinus de Jong zijn preek af en in de chat naast het beeld verschenen verschillende Amens! Zo’n chat is voor herhaling vatbaar trouwens. Mooie korte berichtjes kwamen voorbij, felicitaties, bemoedigingen en aanwijzingen met betrekking tot de geluidskwaliteit. En ook een enkele grappenmakers lieten even van zich ‘horen’.

Waar de Weespertrekvaart de Ringweg-Oost en de Gooische weg kruist schildert een kunstenares de pilaren in felle kleuren om er vervolgens prachtige vogels op de schilderen!

In onze tuin genoten we van de zon en na het middaguur was het tijd om binnen de huidige regels te genieten van een fietstochtje. Tot de Amstel ging het goed, maar zelden was het zo druk aan de ‘stille kant’. Joggers, wielrenners, zonaanbidders, motorrijders; een drukte van belang. Anderhalve meter is toch meer dan de meeste mensen beseffen. Na de brug in Oudekerk aan de Amstel ging het gelukkig iets beter. De ingang van Zorgvlied stond op een ‘kiertje’ en iemand van een bewakingsfirma hield in de gaten dat de begraafplaats niet opeens een overbevolkt stadspark werd. Het was er rustig met hier en daar iemand die een graf verzorgde. Bomen en struiken beginnen groen te worden en zullen over enkele weken al vol met bladeren zitten. En zelfs vandaag was het niet stil tussen de graven, ook nu hoorde je de A10 brommen en enkele keer zelfs sirenes er boven uit komen.

Kyrie Eleison [voor de liefhebber; op de Bach-site (All of Bach) is de laatste aanwinst BWV 242, een prachtig Kyrie!]

AANRADER: zondagavond VPRO Tegenlicht, met Dirk de Wachter en Lidewij Edelkoort. Terug te zien op Uitzending Gemist. Om over na te denken en door te praten……

 

In quarantaine II

Ons stapeltje boeken. In ons appartementje stonden ook boeken, maar helaas allemaal Noors. Als we hadden moeten blijven, dan waren we misschien een cursus Noors begonnen.

Zondagmiddag, een strakblauwe hemel en mijn hoofd tolt nog steeds een beetje van het boek dat ik las op de terugvlucht van onze vakantie. Gelukkig was het onze normale terugvlucht en verliep het eigenlijk heel normaal. Op het vliegveld van Las Palmas, de hoofdstad van Gran Canaria waren alle winkels dan wel gesloten, maar we konden nog water uit een automaat laten rollen. De Global bus bus 91 had ons keurig afgezet, na een toch wat vreemde rit van een uur. We hoefden niet te betalen, de bussen hebben geen betaalautomaten en contant geld was not done.  Amadores, Puerto Rico, Patalavaca en Arguineguin, anders één al bruin van zonaanbidders, nu verlaten stranden met stapels zonnebedden en hier en daar nog een enkeling op een balkon van een appartement of hotel.
Twintig graden kouder stonden we zondagmorgen heel veel vroeg te kleumen op een toch niet eens uitgestorven Schiphol. En zondagmorgen waren daar gelukkig weer de vertrouwde stemmen van OPK broeders en zusters uit de computer. Een online-kerkdienst heeft toch ook zo zijn eigen charme. Het verhaal van de ‘De bekeerlinge’ bleef gisteren maar door mijn hoofd spoken. Wat een geweldig goed boek, had een paar jaar geleden de eerste hoofdstukken gelezen, maar toen sloeg het niet aan. Maar nu opnieuw begonnen, eerst op het dakterras en ’s avonds ook in bed, het verhaal bleef trekken. Mijn oudste dochter had gelijk; “Je moet het lezen, pap!” De vier uur durende vliegreis vloog voorbij, omdat ik zo gegrepen was door de belevenissen van Sara Hamoutal Vigdis Adelaïs. De roman van Stefan Hertmans neemt ons mee naar het eind van de 11e eeuw, wanneer de wereld ‘in brand’ komt te staan door de oproep van Franse paus Urbanus II, om het Heilige Land te bevrijden. Ook toen waarden besmettelijke ziektes en antisemitisme door Europa. Tegen die achtergrond wordt een Normandisch meisje in Rouen verliefd op een Joodse rabbi-leerling. Wat een geweldige en heerlijke leeservaring! In quarantaine zitten was wat dat betreft dus niet zo erg… En van veel Franse plaatsnamen weet je, ooh ja, daar zijn we ook geweest. Monieux in de Provence hebben we wel eens op wegwijzers zien staan en zoveel andere plaatsen die Hertmans noemt hebben we wel eens verkend.

Een helemaal leeg strand, strakblauwe lucht, gemiddeld 25 graden, maar geen zonaanbidders. Alle restaurants van de één op andere dag dicht. Weg voorjaarsseizoen voor de middenstanders. Geen aanvoer van voorraden meer, en de bediening zonder werk. Een Italiaans restaurant heeft nog een dag bezorgd, maar toen was het ook ook over. Toeristen kwamen niet meer aan en de dakterrassen werden dag na dag stiller. De schoonmaakster was erg bezorgd, geen werk; geen inkomen, hooguit een hele kleine steun van de overheid.

De Guardia Civil of de Policía Local kwamen elke dag wel een keer voorbij om iedereen op te roepen binnen te blijven. Dat ging natuurlijk in rap Spaans, met een korte samenvatting in het Engels en Duits. Het enige wat we opvingen was: “Stay at home!”. Je mocht alleen de straat op voor bezoek aan apotheek of supermarkt. De supermarkt werd gaande de week strenger. Niet meer met z’n tweeën naar binnen, maar eentje per familie. En, wat ons opviel, geen gehamster! Nu was het dan ook een SPAR en geen AH die van hamsteren een reclamestunt maakt. Het was uitgestorven op straat. Donderdagmiddag hadden we een rondje haven gedaan en zaten bij te komen op een bankje maar werden we door de groene agenten naar binnen gebonjourd; of we geen televisie keken?!

Het was verbazingwekkend om vandaag zomaar weer naar de Middenweg te kunnen fietsen. De slager aan de Pretoriusstraat was gewoon open, niet meer dan drie klanten tegelijk in de winkel. Ook onze hofleverancier nootjes aan de Hogeweg hoopt maar dat ze tot de essentiële levensbehoeften blijven behoren en dus open mogen blijven. Maar bij de supermarkt met het blauwe logo lopen toch wel erg veel mensen die zich niet storen aan 1,5 meter afstand en verbaasd kijken als je steeds opzij springt. Een week in quarantaine maakte ons nederig, bang waren we niet. Ik denk dat het thuisfront zich meer zorgen maakte of we terug konden komen. Het was jammer dat we niets konden ondernemen en dat past niet bij onze Nederlandse aard. Op een avond, het is in Mogan vroeg donker, liepen we nog even langs de haven. Her en daar zaten mensen op hun zeilschepen met een glas wijn nog lekker buiten. Opeens hoorden we Nederlands achter ons praten en ik zei: “Toch weer die Nederlanders hè, die zich niet aan de regels houden… ” We kwamen in gesprek en al snel ging het over de corona-crisis en de erbij horende maatregelen van de Spaanse overheid.  Wij vonden het in ieder geval moeilijk om opgesloten te zitten. Het oudere Noorse echtpaar dat naast ons in een appartement zat liep regelmatig de trappen op en neer om in beweging te blijven, ze durfden niet de straat op. Opvallend was ook dat zo’n Spaanse koning zijn volk anders toespreekt, hij deed het woensdag al trouwens. Staand voor een vlag van Spanje en Europa. Onze koning deed het vrijdag pas, zat rustig achter zijn bureau in zijn werkkamer, geen vlag te zien. De medewerkers op het verhuurkantoor waren ook echt van slag en angstig.

Het voorjaar was op Gran Canaria al duidelijk gestart en ook hier is er al meer groen te zien. Nieuw leven is op komst en we hopen maar dat we ons volgende kleinkind over enkele maanden niet alleen maar door het raam mogen bekijken. Gelukkig beseffen we ook dat er een God is die zorgt en troost en hoop geeft . Naar mijn idee zitten we niet ergens midden in de zeven plagen zoals sommige mensen beweren, maar mogen we eenvoudig leven uit genade. In de tijd van Hamoutal stierf soms een derde van de bevolking aan de pest, wij mogen dankbaar zijn voor een zeer geavanceerde gezondheidszorg. Daarnaast is er ook een zeer goed werkend systeem van voedselvoorziening met ook heel veel hardwerkende mensen. Zo is er dus veel om dankbaar te zijn! Vervolgens mogen we niet vergeten dat het ‘Kyrie eleison’ nu hard nodig is.

In quarantaine

We slapen de laatste nachten goed, ondanks de harde bedden. Buiten is het deze ochtenden stil, geen busjes en vrachtauto’s die al vroeg naar de visafslag rijden, geen tetterend Spaans van de winkeliers die al vroeg hun zaakjes open doen. Het is stil op straat, een enkeling die zijn hondje nog uitlaat of een boodschap heeft gedaan. Zondag kwamen we er wat laat achter dat ook Gran Canaria de richtlijnen van Madrid volgde. Al om negen uur hadden we de tablet afgestemd op de Oosterparkkerk om de dienst te volgen, we hebben een uur tijdsverschil. Toen we een week geleden vertrokken was er nog geen sprake van een corana-crisis. Op Gran Canaria waren enkele toeristen besmet, maar dat was het dan ook. Maar in Nederland werden de regels strenger kregen we mee en samenkomsten met meer dan 100 mensen werden verboden. De OPK organiseerde een luisterdienst; “Laat je besmetten door Jezus en besmet ook anderen er mee!” We dronken koffie op ons dakterras en hoorden later in de verte wel een luidspreker….. Pas in de namiddag gingen we er op uit. Het was bizar, alles zat dicht. Geen restaurant open, geen winkel waar drommen toeristen in en uit liepen, zelfs geen ferry vanuit Puerto Rico die aanlegde. Na wat navragen bleek het hele eiland in quarantaine te zijn, in ieder geval voor drie weken. Inmiddels is de politie verschillende keren door de straten gereden met een duidelijk bericht: “stay home!” We mogen er alleen uit voor boodschappen bij de plaatselijke SPAR of de apotheek. Vandaag mocht zelfs maar één van ons tweeën naar binnen. Voor de rest gaat het op z’n janboerenfluitjes. Je moet je handen reinigen, en je krijgt een soort plastic schildershandschoenen aan. Maar de ene medewerker draagt een mondkapje en de ander niet. En wat hebben handschoenen voor zin bij het boodschappen doen? Straks doen we nog een rondje langs de haven. Schijnt een boete van 3000 € op te staan. Rutte noemde dit dus scenario drie, ‘lock down’. Voor zover het er nu naar uit ziet kunnen we zaterdag wel gewoon naar Nederland vliegen, als de groene dochter van de KLM niet tegengehouden wordt.

Coos heeft ondertussen al een prachtige muts gebreid en checkt regelmatig haar kraam-app. Hoe moeten kraamverzorgsters nog hun werk doen? Mag er familie op bezoek komen, moeten we de hele dag een mondkapje voor?

Ik had gelukkig een redelijk stapeltje boeken mee en hoef niet meer te kiezen, voor de terugreis is alles uitgelezen. In de biep zag ik ‘Zwarte schuur’ liggen van Oek de Jong, wel eens wat over gelezen, maar was er nog niet van gekomen. Een fascinerende roman over een kunstschilder met een schuldig verleden. Veel Zeeland en boeiende beschrijvingen van schilderijen en een ingewikkelde relatie met vrouw en stiefdochter en stiefzoon. Jammer dat het zondagavond uit was. Toen maar overgestapt op iets lichters van Simone van der Vlugt; ‘Schilderslief’. Een historisch verhaal over Geertje, dienstmeid bij Rembrandt. Ik wist al wel dat de schilder een echte rabouw was, maar uit dit boek blijkt toch dat hij geweldig driftig kon worden, zeer eigengereid was en heel veel mensen tegen zich in het harnas joeg. Vervolgens kon hij niet met geld omgaan en huwelijkstrouw was hem vreemd. Een verhelderende kijk op de historie.

Waar quarantaine al niet toe kan leiden. We maken er gewoon wat van en bidden dagelijks om vertrouwen en troost. In deze veertigdagentijd worden we zo extra aan het denken gezet. Ook hier werd geklapt voor mensen in de zorg en al die anderen die zich inzetten voor de ander, hun ziekenhuis, hun school en hun land. Qurantaine, het woord schijnt zelfs verwant te zijn aan de 40-dagentijd. In het ND las ik vanmorgen een geweldige column op pagina 2.

gezegend

“de oude schilder van Groet”, met dank aan Henny Luchies

Het woord van het jaar 2019 werd ‘schaamte’. Dat is veelzeggend, omdat het steeds wordt gebruikt in combinatie met een ander woord, zoals vlieg of vlees. Helaas hadden de laatste dagen van het jaar, de vuurwerk afstekers weinig last van schaamte. De knallen werden zwaarder en zwaarder en in Den Haag moest bijkans ‘het leger’ worden ingezet. Wel schaamte of helemaal geen schaamte, maar ons land is er maar gezegend mee.

Het was dubben, waar moet de eerste blog van het decennium over gaan? Moet ik allerlei gebeurtenissen van het afgelopen jaar nog een keer laten passeren en van kanttekeningen voorzien? De kranten en de nieuwsrubrieken stroomden er van over, nee dus. Laat ik gewoon maar wat vertellen over zaken die mij opvielen. Zoals de verjaardag van onze buurman, eergisteren, de één na laatste dag van het jaar. Hij werd tachtig en dat is dus best een bijzondere aangelegenheid. Met het woord schaamte heeft hij niet zoveel, maar schilderen kan hij des te beter. Toen we bijna twintig jaar geleden op de Boekweitdonk kwamen wonen, waren de bewoners ook bijna twintig jaar jonger. Regelmatig zagen we buurman Fred als het maar enigszins mooi weer was er op uit gaan met zijn fiets. Ezel en doek goed ingepakt en vastgebonden om ergens langs de grachten een plekje te zoeken om een typisch Amsterdams tafereel vast te leggen. Later zat hij dan op zolder in zijn atelier het schilderij verder te vervolmaken. En wanneer het echt mooi weer wordt, dan vertrekt Fred nog steeds op de fiets met zijn vrouw naar zijn huisje in Groet om daar te genieten van het prachtige duinlandschap en het soms vast te leggen. Zuinigheid is buurmans devies, een zeer gewaardeerd bewoner van ‘ons hofje’. We voelen ons gezegend met zo’n buurman.

Schaamte bekroop mij verschillende keren bij het lezen van de laatste roman van Ilja Leonard Pfeijffer ‘Grand Hotel Europa’. Het afgelopen jaar was het boek regelmatig onderwerp van gesprek. Alhoewel het in december 2018 was verschenen en binnen de kortste tijd in de bestsellerlijsten stond, haalde het geen literaire prijzen. Onder critici is er heel veel en soms zelfs heftig over gediscussieerd. De één vond het geweldig, zeer gelaagd en buitengewoon bloemrijk wat betreft het taalgebruik. Om eerlijk te zijn heb ik van bepaalde gedeeltes best genoten, maar daar staat tegenover dat hele stukken heel echt Wikipedia-achtig zijn. Leuk informatief, maar niet echt spannende literatuur. Ook leuk is dat er veel verhalen door elkaar heen lopen, zoals het verhaal over de piccolo van het hotel, de verhouding van de hoofdpersoon met zijn vriendin en zo zijn er nog wel vier verhaallijnen. Ronduit schaamteloos zijn de passages wanneer hoofdpersoon het bed induikt met een vrouw. In het Parool werd niet voor niets opgemerkt dat deze passages in het MeToo-tijdperk eigenlijk niet kunnen en dat ze op een hoogst vrouwonvriendelijke  manier beschreven zijn.
De passages over massatoerisme zijn overigens treffend en zullen hopelijk bij wereldreizigers het schaamrood hebben opgeroepen. Giethoorn en Venetië hebben wat dat betreft veel gemeen. Waar is de tijd gebleven dat we met de leiders van de knapen en meisjesvereniging naar Giethoorn fietsten en rustig gingen punteren op de Beulakkerwijde?
Op 29 september bespraken we ‘Grand Hotel Europa’ op de leesclub, de reacties waren wisselend. Pfeiffer had gelukkig die week een prachtig sonnet geschreven over reisorganisatie Thomas Cook, dat die week failliet ging.

Sonnet van een buitenkans

In chic vergeelde tijden opgericht,  toen men zich kleedde voor diner aan boord  van roodfluwelen treinen naar een oord  dat klonk als een exotisch  minnedicht, –
toen glas kristal was en van bakeliet de telefoon en toen de vestzakuren nog traag genoeg waren voor avonturen, en nu in deze botte tijd failliet. –
En rijen radeloze zontoeristen staan huilend in bermuda’s aan de balies  omdat hun vlucht naar huis niet meer bestaat. –
Failliet is avontuur, want zij verkwisten de kans om te ontsnappen aan de tralies van leven zoals in de folders staat.

Bij een jaarwisseling wensen veel mensen elkaar een ‘gezegend nieuwjaar’. Er zijn er ook die je een gezond of een mooi en prettig nieuwjaar wensen. Aan de ene kant is een datum maar een datum natuurlijk, aan de andere kant kunnen we het ook overdrijven. Maar de ander ‘zegen’ toewensen is prachtig natuurlijk. En soms gebeurt het dat je je gezegend voelt door een goed gesprek, een mooi muziekstuk of een samenzang in de kerk.
Zo ging het ook met ‘Paulus een biografie’van Tom Wright. Werkelijk een adembenemend boek van de veelschrijvende  Britse nieuwtestamenticus. Na een tweetal uitgebreide theologische boeken over Paulus, heeft hij voor de geïnteresseerde ‘leek’ een prachtige samenvatting geschreven. Je volgt de jonge Saulus in Tarsus en al lezend ga je beseffen hoe het Joodse leven en de Joodse theologie in het begin van de jaartelling er uit zag. Paulus reizen, zijn medewerkers en de steden die hij aandoet; het komt echt tot leven. Je gaat begrijpen waarom het evangelie van de opgestane Christus zo’n impact heeft in de Joodse wereld, maar ook in de Romeinse wereld. De heftige discussies die ontstonden, nauwelijks te geloven. Maar toen ik op de VPRO de eerste aflevering zag van ‘Het Israël van Heertje en Bromet’, snapte ik ook hoe de discussie in Paulus dagen zich afspeelden. (Het programma is inzichtgevend in het huidige Israël.)
Inmiddels ben ik halverwege in ‘Paulus’ en het blijft boeien. Met veel plezier zal ik verder lezen en mij elke keer ‘gezegend’ voelen. Mocht u nog ergens een boekenbon hebben liggen, ik zou hem inwisselen bij de boekhandel. Complimenten trouwens voor de vertaling, want het Nederlands leest geweldig. Het zijn wel compacte teksten, dus je moet soms ook gewoon weer een alinea of bladzijde nog eens teruglezen.

Afgelopen maandag was een prachtige heldere avond, mooi om te gaan varen door het Amsterdam Light Festival. Een mooie tocht werd het met broer en schoonzus. Wat zou er gebeuren als de zeespiegel nog verder zou stijgen? Bij de Stopera was dat mooi uitgebeeld door het beeld van allemaal wereldberoemde torens, omspoeld door grachtenwater. Ook 2020 zal het klimaat vaak ter sprake komen, evenals CO2 en stikstof. Weerman Reinier van den Berg vertelde in een interview dat walvissen CO2 opslaan. Zijn advies: zorg dat er weer veel meer walvissen komen in de oceanen! Prachtige uitdaging toch om daar dit nieuwe jaar mee te starten!

Lieve lezers, ik wens jullie een gezegend 2020!

‘Inschattingsfout’ 2

Op deze prachtige zonnige zondag vierden we vanmorgen de eerste Advent en ook het Heilig Avondmaal. Wat een prachtige combinatie! En in de preek ook nog een bijzondere verwijzing naar het nieuwe album van Goldplay (kijk op 11 minuten). Het gaat aan alle inschattingsfouten voorbij, de mens maakt er een potje van en ondertussen verlangt ze naar vrede en rust. Goldplay zingt er van, de wereldleiders beloven het, maar ondertussen gaan oorlog, onderdrukking, uitbuiting  en rampen gewoon door. De grote mannen van de wereld zullen net als al hun volgelingen en stemmers toch moeten luisteren naar Jesaja: “Wandel in het licht van de Heer!’

Nu ik deze eerste alinea teruglees, besef ik dat ik zo helemaal niet had willen beginnen. Overkomt mij wel vaker en dan is de gemakkelijkste oplossing meestal; de alinea selecteren en deleten. Soms moet je gewoon overnieuw beginnen, maar deze keer dus niet. De bedoeling was om gewoon een vervolg te schrijven op mijn blog over de uitslag van de rechtszaak. In de week erna kwam de uitspraak van de Rechtbank Amsterdam op de site te staan. (uitspraak in de zaak van agent A.) Voor iedereen die het wil is het complete verhaal dus nog eens na te lezen. Kort gezegd is het dus zo dat agent A. wel een overtreding heeft begaan die strafbaar is, maar dat de regels in de brancherichtlijnen nu eenmaal zo opgesteld zijn, dat het hem niet strafbaar maakt. [ De rechtbank is van oordeel dat achteraf kan worden vast gesteld dat verdachte vaart had moeten minderen. Dat volgt ook uit de verklaring van verdachte ter zitting dat hij langzamer zou hebben gereden indien hij zou hebben geweten dat er zich een fietsersoversteekplaats op de plaats van de aanrijding bevond. De rechtbank is echter ook van oordeel dat verdachte niet kan worden verweten dat hij dit niet wist. Van hem kan niet worden verwacht dat hij tevoren op de hoogte is van de aanwezigheid van alle risicovolle plaatsen op de door hem gekozen aanrijroute. De oversteekplaats op de plaats van de aanrijding was ten tijde van het feit bovendien zo slecht zichtbaar dat verdachte evenmin een verwijt kan worden gemaakt dat hij deze niet tijdig heeft gezien. Dat het niet tijdig zien van de oversteekplaats waarschijnlijk ook in de hand is gewerkt door de hoge snelheid waarmee verdachte reed, maakt het voorgaande niet anders. Het illustreert naar het oordeel van de rechtbank dat hetgeen op grond van de regelgeving van een politieman wordt verwacht in situaties als de onderhavige, te weten enerzijds dat hij zo snel mogelijk op de melding af gaat en anderzijds dat hij de veiligheid van andere weggebruikers niet in gevaar brengt, met elkaar op gespannen voet staat. Naar het oordeel van de rechtbank legt dit een bijna onmogelijke taak bij de politieman in kwestie. Ook valt moeilijk in te zien waarom op grond van de BVP in een situatie als de onderhavige het gebruik van sirene en zwaailichten niet is toegestaan, nu dit de kenbaarheid voor de fietser van de met hoge snelheid naderende politiebus uiteraard zou hebben vergroot. Naar het oordeel van de rechtbank valt dit verdachte echter niet aan te rekenen. De rechtbank is ervan overtuigd dat hij de situatie naar beste vermogen heeft beoordeeld. Dat hij daarbij toch een fout heeft gemaakt, is gelet op het voorgaande niet in strafrechtelijke zin aan hem te wijten.]  citaat uit punt 8.

Inmiddels is, twee weken na de uitspraak, duidelijk dat geen van de partijen in hoger beroep gaat. Het OM (openbaar ministerie) niet en ook de politieagent niet. Natuurlijk geeft dit hele verhaal een toch min of meer dubbel gevoel, maar juridisch gezien is het klaar. Wat we nu nog kunnen doen is de verantwoordelijken aanspreken en vragen of ze op een of andere manier de regels kunnen aanpassen. Blijkbaar geeft de regelgeving een vrijbrief aan agenten om ver boven de toegestane snelheid door de stad te scheuren, omdat de betreffende agent zelf moet inschatten of hij het nodig acht. Jammer dan voor de burger die dat niet op tijd in schat. Wie ons kan helpen om dit probleem op de juiste plek te adresseren en hoe we het voor elkaar kunnen krijgen dat de huidige regelgeving in discussie wordt gebracht; laat hij of zij zich gerust melden.
Laat duidelijk zijn, er is berusting, we kunnen de hele rechtsgang afsluiten. Dat laatste geeft ook opluchting. Maar er zijn dus ook nog open eindjes…

We houden Jesaja 2 maar in gedachten, inschattingsfouten zullen er blijven, totdat er een dag komt waarop mitrailleurs, pistolen en bommen, worden omgesmeed tot ploegscharen. Tot die dag ligt er dus de opdracht; “Wandel in het licht van de Heer!’

Genade voor een euro, verbazingwekkend!

‘Amazing Grace’ (hier in het originele gezangboek) werd geschreven om door Newton te worden gepresenteerd tijdens de wekelijkse parochiebijeenkomst op de eerste dag van het jaar. De naam van de hymne was “1 Chronicles 17: 16-17, Revision Faith and Expectation.” In 1 Kronieken 16 en 17; spreekt koning David zijn dankbaarheid uit tegenover God; verbazing over zoveel genade!

Een medebewoner van ons ‘hof’ (we denken erover om Boekweitdonk te veranderen in “Boekweithof”) heeft een Amsterdamse Stadspas. Zo nu en dan zijn er aanbiedingen en mag hij iemand meenemen naar iets cultureels voor een euro. Samen hebben we gekeken wat Studio K, want daar gold de aanbieding onder andere voor, had te bieden. De film ‘Amazing Grace’ leek ons wel wat, ik had al enkele lovende recensies gezien. En aangezien onze overbuurman liever niet meer fietst, met bus 41 kwamen we er ook.

‘Amazing Grace’ is een heel oude hymne, in 1772 geschreven door de Engelse predikant John Newton (1725-1807). Newton was van oorsprong een zeeman en later kapitein op slavenschepen, moest niets hebben van het christendom. Na zijn bekering tot het christelijke geloof echter, werd hij predikant in Engeland en schreef meerdere liederen, waarvan ‘Amazing Grace’ het bekendst is geworden. Er zitten prachtige Bijbelse elementen in. Dat de genade zo overvloedig is, haalde Newton uit de Romeinenbrief (5:15). In Psalm 66 had Newton gevonden dat God veel voor de dichter had gedaan en betrok dat in de prachtige hymne op zichzelf. En uit Johannes (9:25) nam hij de tekst letterlijk over; ‘ik was blind, maar kan nu weer zien’. Op YouTube zijn tientallen uitvoeringen te vinden, van de Kelly Family tot Elvis Presly en van een Obama versie tot en met vele uitvoeringen op doedelzak. En nu draait in de bioscopen onder de titel ‘Amazing Grace’, een bijzondere film.

In 1972 nam Aretha Franklin (1942-2018), toen een beroemde soul-zangeres, een geweldig gospel-lp op. Ze deed dat in de ‘New Missionary Baptist Church’ in Los Angelas. De plaatopnames werden gefilmd, maar daar werd tot op heden niets mee gedaan. Nu is er een prachtige film van gemaakt en sinds vorige week draait hij in de Nederlandse bioscopen. In al zijn simpelheid is het een prachtig document. Mijn niet kerkse buurman, was ook zeer onder de indruk. Eenmaal buiten was een mede-bezoekster  haar fiets aan het ontketenen; “Nou we hoeven voorlopig niet meer naar de kerk!”, was haar commentaar. Mijn buurman had het zich ook al afgevraagd, waar kom je dit nog tegen? Gewoon met z’n allen zingen vanuit je hart! Ik kon het niet laten om te beweren dat het bij ons de OPK soms ook zo gaat, natuurlijk… wel een beetje meer calvinistisch op z’n Nederlands, maar toch! Afgelopen zondag hadden we een dankdienst (voor gewas en arbeid en nog veel meer) en de begeleidingsband had er echt zin in. En de Amersfoortse predikant die bij ons voorging en de 65 ook al gepasseerd is, stond zowaar mee te swingen en stak ook zijn handen de lucht in: “heft uw handen op naar omhoog!”.

De film  ‘Amazing Grace’ geeft een prachtig tijdsbeeld, maar ook een mooie inkijk in het geloof van mensen die zeker weten dat Jezus hun Heer en Verlosser is en verbazingwekkende en geweldige genade schenkt! Vorige week werd er flink reclame gemaakt in ‘De Wereld Draait Door” voor deze film. Als gast zat zangeres Giovanca aan tafel en nadat Matthijs van Nieuwkerk zijn emoties weer een beetje onder controle had, vroeg ze de tafelheer wat het nu met hem deed? Hij was geraakt en zag dat er ook contact met het hogere te zien was, maar helaas kregen we niet meer te horen. Maar ach, het was er misschien ook niet de plaats voor, net zoals in Studio K de bezoekers ook niet gingen staan en mee gingen swingen. Misschien gewoon de film toch een keer in de kerk ‘draaien’! Zo lang dat nog niet gebeurt, zou ik zeker een bioscoop op zoeken waar deze indrukwekkende film draait. Ik ga zeker nog een keer!

Amazing grace!

 

What’s in a name?

Juliet:  “What’s in a name? That which we call a rose
                 By any other name would smell as sweet.”     
uit  het toneelstuk  Romeo and Juliet   – William Shakespeare

Boven de ingang; ontworpen door Harm

‘De klank en de betekenis van een woord hebben niets met elkaar te maken, zo is de heersende opvatting onder taalwetenschappers. Niets in de klank [rose] wijst op een roos, dus had een roos net zo goed een tafel kunnen heten’. [citaat gevonden op het www]
Maar hoe zit dat met de naam van een kerk, een gebouw of een school? Ik kan me nog de reacties herinneren toen we in 2006 de naam van dr. M.B. van ’t Veer van de gereformeerde school in Amsterdam haalden. Vooraf ging een maandenlange discussie over het waarom van een naamswissel. Vooral niet-vrijgemaakte ouders werden ongerust, zou deze school wel een goede christelijke school blijven? Zou dit niet het begin inluiden van verbreding en loslaten van de christelijke beginselen? Uiteindelijk was daarop maar één goed antwoord. Dat antwoord kwam van dominee C.J. Breen, jarenlang predikant in Amsterdam en oud-bestuurslid van de ‘dr. M.B. van ’t Verschool’. De nieuwe naam, Veerkracht verwees in het eerste gedeelte naar de oude naam van de school en in het tweede gedeelte naar de kracht die de school haalt uit het Woord van God. Zonder dat laatste zou het niet gaan. Ds. Breen zag namelijk dat onder de hele grote letters Veerkracht, met kleinere letters stond; gereformeerde basisschool – bijbelgetrouw onderwijs. De combinatie leverde een woord op dat stond voor het soort onderwijs op de school; leerlingen toerusten voor het vervolgonderwijs en hun leven, christelijke veerkracht meegeven!  Opvallend in dit verhaal is ook nog, dat we van hogerhand eigenlijk geen steun vonden voor een naamswisseling. Inmiddels ligt 2006 al weer ver achter ons en van de huidige generatie leerlingen op Veerkracht, heeft niemand nog weet van de oude naam. In de overkoepelende organisatie, die in 2006 nogal moeilijk deed, zijn inmiddels al veel meer namen van scholen gesaneerd. Zelfs belangrijke gereformeerde voorgangers uit het verleden als K. Schilder en S. Greijdanus werden naar het geschiedenisboek verwezen. Onze dr. M.B. van ’t Veer was uiteindelijk nooit ‘vrijgemaakt’ geweest, maar juist Schilder en Greijdanus deden er toe!  En in de nieuwe organisatienaam is de ondertitel ‘gereformeerd’ ook niet meer aanwezig. Ach, what’s in a name?

Maar verwijzend naar het begin van mijn blog, ‘What’s in a name?’; doet het er toe welke naam er op een school staat? Doet het er toe welke naam er op een kerk staat? Blijkbaar hebben mensen daar toch een gevoel bij en leggen ze een bepaalde waarde in een naam. Door de jaren heen zijn er emoties met een naam verbonden. Daarom was er de laatste maanden op het internet flink wat discussie over een naam voor het ‘nieuwe’ kerkgenootschap, dat ontstaat als binnen en buiten-verbanders de strijdbijl begraven. Op verschillende fora werden stevige uitspraken gedaan. Dat soort discussies hadden we in 2006 ook. Opeens laaien emoties op en het lijkt wel of iedereen het beter voelt en weet.   Er is een site met de nogal pretentieuze naam: ‘onderwegnaar1kerk.nl‘ (Toch nog steeds het ‘ware kerk’ idee? Was het maar zo dat er straks maar 1 kerk is!).  Natuurlijk ben ik blij dat de twee kerken binnen afzienbare tijd weer een eenheid gaan vormen, een dankbaar gebeuren. Maar ook een samengaan omgeven met tranen, want wat is er veel verkeerd gegaan in de jaren zestig van de vorige eeuw. Op die bewuste ‘onderwegnaar-site’ heb ik spontaan als volgt gereageerd:

“Tja……
Zoveel smaken, zoveel zinnen waarschijnlijk. Toch blijf ik me bij beide namen afvragen waarom er een extra bijvoeglijk naamwoord voor moet. Waarom Nederlandse? Waarvan willen we ons onderscheiden? Van de Belgische, Deense, Duitse, Ghanese, Canadese Gereformeerde Kerken? Het is toch een aanduiding die we in Nederland gebruiken? Waarom er dat dan nog voorzetten? En waarom Verenigde? Dat klinkt al net zo bizar als Verenigde Naties die helemaal niet verenigd zijn, maar doen alsof… Natuurlijk, het zou mooi zijn als alle Gereformeerde Kerken meedoen, het zou werkelijk een Godswonder zijn! Maar ook deze vereniging van twee gereformeerde kerken zal er voor zorgen dat er broeders en zusters vertrekken naar verschillende kleinere gereformeerde kerken, omdat ze het uiteindelijk niet eens zijn met vrouwen in het ambt en aanverwante zaken. Dus toch maar gewoon Gereformeerde Kerken en hopen op een Godswonder!”

Teruglezend zie ik, dat ik in het stukje nog niet eens gerefereerd heb aan de Christelijke Gereformeerde Kerken, de Gereformeerde Gemeenten en de vele andere varianten (Op de Biblebelt-tentoonstelling hing een gigantisch schema met alle gereformeerden; waarschijnlijk verwijzend naar Johannes 17 vers 21). Afgelopen zaterdag op weg naar een begrafenis kwamen we langs een kerk met een groot bord: “Gereformeerde Kerk (hersteld)”. Dat zou het moeten zijn, dacht ik. De binnen en buiten-verbanders samen, dat is toch ‘hersteld’? Ik kreeg ook associaties met een populair tv-programma (op de BBC en gekopieerd door RTL4 met Umbrto Tan) “The Repair Shop“. We maken er gewoon “The Repair Church” van; de kerk is toch een beetje hersteld, en je kunt je er ook laten herstellen en tegelijkertijd gaat er de roep van uit om te blijven herstellen.

Ooit waren we als gereformeerde school aangesloten bij het ‘Evangelisch Contact Amsterdam’. Baptistenbroeder Gabriel, inmiddels rooms-katholiek geworden, was van die club de stuwende kracht en we vergaderden steeds op een andere plek. Bij de Pinkstergemeente of bij de Christ Church op de Groenburgwal, in de Tituskapel en ook een keer op Veerkracht. We leerden elkaar steeds beter kennen als volgelingen van Jezus Christus, hoe verschillend we ook waren en zijn en dat ook niet onder stoelen en banken staken. Op zeker moment heb ik voorgesteld om op alle aangesloten kerken een bord te laten bevestigen, in de trant van: “hier komen volgelingen van Jezus Christus bij elkaar….”. Bij mijn weten hebben Jezus eerste volgelingen Petrus, Johannes en hun vrienden en ook Paulus geen kerken gesticht. De volgelingen van Jezus kwamen regelmatig bij elkaar en vormden gemeenschappen. Gemeenschappen waar vanaf dag één ook gedoe was, maar die wel bekend stonden voor hun trouw aan de Opgestane en hun liefde voor hun naasten. En mij bekruipt regelmatig het gevoel dat onze Heiland geen instituten (kerken) bedoeld heeft met klinkende namen en eigentijdse organisaties, maar kerken die willen leven naar Mattheus 22 vers 36 tot en met 40.