66 jaar en10 maanden….. AOW
Een rare datum is dat toch tegenwoordig. De dag dat je officieel met pensioen gaat. In het verleden was dat altijd 65. Een gedenkwaardig getal was dat, voor velen betekende dat een definitief einde van een werkzaam bestaan. Maar sinds de 65 is losgelaten, schuift de pensioendatum steeds verder op. Familie, vrienden, buren, collega’s of oud-collega’s staan er niet meer bij stil. En zeker wanneer je al een tijdje uit het aerbeidsproces bent, zijn het alleen nog de mailing van het ABP en SVB die er aan herinneren dat je pensioen aanstaande is. Deze maand is het voor mij zover. Waar het hiervoor soms nog lastig was om uit te leggen wat mijn dagelijkse bezigheden waren, kan ik nu met een gerust hart zeggen dat ik met pensioen ben. Ook bij een enquête was het soms best lastig om te kiezen, wat ben ik? Werkzoekend…, als je weet dat niemand nog geïnteresseerd is in een sollicitant van 63 of 64?
Het is goed zo en het sluit voor mij ook een periode af, van wel willen, maar niet meer kunnen. Daarnaast is het ook afscheid nemen. En dat laatste is soms lastig, soms heel gewoon en soms ook best prettig. Ooit kocht ik op vakantie Frankrijk een gemakkelijke schoudertas. Handig om je telefoon, autopieren en portemonnee op te bergen. Altijd bij de hand en vanwege de lange riem gemakkelijk mee te nemen. Door de jaren heen was het een voor mij een vertrouwd verlengstuk. Ooit heeft iemand op Gran Canaria mijn portefeuille er uit gepikt, maar het bleef een vertrouwd tasje. Door de jaren heen moest hij wel eens naar de reparateur, maar dat had ik er wel voor over. Inmiddels was hij wel totaal versleten en wat het leer betreft had mevrouw Suzie Fletcher van ‘The Repair Shop’ er een leuke klus aan gehad. Maar omdat er geen bergen emotionele waarde aan kleefden heb ik afscheid genomen en het in Frankrijk overgeleverd aan de vuilverwerking. In Aix-en-Provence vond ik een prachtig nieuw exemplaar, ruimte genoeg om geld en papieren op te bergen. Zo neem je dus met een beetje weemoed afscheid van een dierbaar gebruiksvoorwerp, zoals ook van de periode dat ik volop voor de klas stond, een school runde en mocht meewerken aan het tot stand komen van een prachtige Bijbelmetode voor het basisonderwijs.
Voor mij verandert er verder niet veel. De dagen vulden zich al als vanzelf. Met krant en boek en her en der secretariaatswerkzaamheden. Een klusje hier, een klusje daar en natuurlijk is er ook in de kerk altijd genoeg te doen. Ook nu de Oosterparkkerk gerenoveerd is, de Open Ochtenden zijn gebleven. Soms met een muzikale bijdrage, maar vaak alleen een lege kerk, waar een kaarsje kan worden gebrand, waar voorbijgangers stil kunnen zijn, mediteren, bidden… Vaak zijn er mooie gesprekken bij de koffie na het ochtengebed. Wanneer een ex-verslaafde een verslaafde uitlegt wat Christus in zijn leven heeft gedaaan, dan hoef je alleen maar te luisteren en in jezelf een woordeloos gebed naar boven te zenden. Een man komt binnen en heeft een hele serie Bijbelverklaringen in de aanbieding. De ‘vrijgemaakten’ kunnen er vast nog wel wat mee, die zijn nog niet vrijzinnig. Gratis af te halen. Zo zijn die ochtenden verrijkend en bemoedigend. Een rijke besteding van tijd en versterkend voor mijn ziel. AOW, geen probleem dus en het kunnen zeggen “ik ben met pensioen”, heeft best iets moois.
Op de grens van het voorjaar las ik de biografie over Albert Einstein. Een intrigerende beschrijving van een bijzonder mens. Walter Isaacson heeft een voortreffelijk boek geleverd. Inmiddels heeft dezelfde Isaacson ook Steve Jobs zijn leven op een rij gezet, maar dat terzijde. Door de ARBO-arts was ik doorverwezen naar HSK, om een re-integratietraining voor mijn burn-out te gaan volgen. Elke keer wanneer ik het kantoorgebouw, waar
De psycholoog bij HSK heeft heel wat aan moeten horen. Een stap in de goede richting, zo beloofde ik haar, zou in ieder geval zijn wanneer ik de vloer in de woonkamer af zou kunnen maken. In de zomer van 2009 hebben we enige meters laten aanbouwen bij onze woonkamer. Toen konden we onze vloer in de aanbouw niet door leggen, omdat de planken niet meer leverbaar waren. Zwepenboom-vloeren zijn niet meer leverbaar in Nederland. Omdat
En toen opeens zaten we met z’n tweeën thuis. Coos werd geconfronteerd met darmkanker. De operatie lukte. Maar het laat wel littekens na. Aan de buitenkant natuurlijk, maar ook innerlijk. Kanker is dus niet zomaar weg. Ook in 2012 heeft het KWF weer veel fondsen nodig, dus we gaan zeker weer aanbellen bij buren en oud-buren. Onderzoek en voorlichting blijft immers noodzakelijk en kan veel leed voorkomen.


Viktor Kossakovski maakte een prachtige documentaire over zijn zoontje van twee. Kossakowski is documentairemaker en wilde vastleggen hoe Svyato voor het eerst in de spiegel zou kijken. Op YouTube staat een korte samenvatting. Het leert je om ook zelf eens anders in de spiegel te kijken. Een paar weken geleden zag ik Svyato in de serie van Willem Jan Otten in de De Balie. Zo’n spiegelfilm is goed voor je burn-out. Trouwens een toespraak van Willem Jan Otten is ook heel inspirerend.
Ik ben weer begonnen met werken. Officieel heet dat re-integratie. Twee morgens in de week op ‘de Rank’ in Alkmaar. Alhoewel het niet naast de deur is, wel goed om te doen. In groep 7/8 was het bij de kerstmaaltijd uitermate gezellig. Bij de kleuters liep ik laatst binnen en vroeg de juf me of ik wilde uitleggen wat knielen betekent. Een meisje wilde het wel voordoen. Mijn vraag, na enige uitleg, was vervolgens: “Kan iemand zich nog kleiner maken voor God?” Al gauw lag een jongetje languit op de grond met zijn handen gevouwen. Blijkbaar is het verhaal goed overgekomen, want op een zondag erna zei een predikant: “Zulke meesters hebben we nu nodig!” Waarvan akte!
Kijk niet om… Natuurlijk kijken we vooruit! In 2012 ga ik verder lezen. In ieder geval in drie boeken, die ik nog niet uit heb. Van de neven Foer lees ik op dit moment ‘


Als je toch thuis bent, zoals in mijn geval, moet je afleiding hebben. Staat zelfs in het boek over burn-out, denk ik. Ik heb daarom in december het laatste boek van
De man zit thuis met behoorlijke vermoeidheidsklachten. Wanneer hij teveel bezig is met zijn werk of zich druk maakt, krijgt hij last van hoofdpijn. De man gaat naar de huisarts die dezelfde naam heeft als de beroemde arts uit Lambarene. De huisarts vertelt de man, dat zijn klachten duiden op burn-out. Bij een vervolgbezoek wijst de huisarts de man op een boek over burn-out; jij leest immers graag. “Je kunt dan beter voor jezelf inschatten in welke fase je zit.” Helaas staat het burn-out boek niet op de plank bij de huisarts. Enig googelen levert zowel de goede titel als de schrijfster op. Bij de grootste boekhandel in Amsterdam heeft de man het boek zo in handen. Enig bladeren levert al snel weer hoofdpijn op. De man struint daarom maar verder op de afdeling ramsj. Ongelooflijk hoe veel prachtige boeken daar in mooie stapels liggen. De man vindt tussen alle aanbiedingen de biografie over Albert Einstein. De man bedenkt dat relativeren altijd een van zijn sterke kanten is geweest. Wie weet kan hij nog wat opsteken van dit boek over de man die bekend is geworden met E=mc² en de relativiteitstheorie. Thuis gekomen gaat de man lezen en ontdekt dat het een zeer geroemde en ook een zeer goed leesbare biografie is. Ondanks zijn burn-out leert hij veel over deze zeer bijzondere man, zijn leven en vooral zijn manier van denken. Alleen al in de inleiding komt de man een drietal uitspraken tegen die tot nadenken stemmen.