Categorie: boeken

waanzee

Op de uitverkooptafel in onze bibliotheek zag ik een boek van David Grossman liggen. Aangezien we op de leesclub een boek van hem hadden behandeld, was ik geintresseerd. Ik vond nog een Grossman en vervolgens ook ‘Waanzee’. Van dit boek had ik gezien dat het in de canon van de christelijke literatuur staat. Ook had ik er wel iets over gelezen in het ND. Met een fietstas vol boeken keerde ik huiswaarts. Vijftig eurocent per afgeschreven boek. Dat wordt ook in de vakantie genieten.

Waanzee intrigeerde me. Gelijk zondag opengeslagen. Het verhaal gaat over een Katwijkse (in het boek Zeewijkse) logger die tijdens WOI gaat vissen op de Noordzee. Hoofdpersoon Arend is een zeer bevindelijke matroos, die steeds meer gaat beseffen dat God hem in dromen verschijnt en waarheden in zijn hart legt. Er wordt door de schrijver Robert Haasnoot ruimschoots geciteerd uit de Heilige Schrift, met name de Psalmen en ook uit Smytegelt. De matroos Arend en zijn ‘volgelingen’ worden zeer levend neergezet. Overtuigende karakters, ondanks hun godsdienstwaanzin. Uiteindelijk  leidt de ‘gekte’ van Arend tot schokkende gebeurtenissen. Een pakkend verhaal dat je tot en met de laatste bladzijde in de greep houdt. Ondertussen leer je begrijpen waar ver doorgevoerde bevindelijkheid toe kan leiden.

‘de vlek’ van Willem Jan Otten

Een episch gedicht, dat gebeurt niet zo veel meer. Al eerder schreef ik over Willen Jan Otten en toen ik hoorde en las over dit nieuwe werk, werd ik nieuwsgierig. Eerst een keer mee in mijn handen gestaan en een paar weken later toch maar gekocht. Met Pasen heb ik het de eerste keer gelezen, een aangrijpende ervaring. Tweede Paasdag heb ik de CD opgezet, waarop Willem Jan Otten het verhaal voorleest. Een Paasverhaal, zo mag je het van de schrijver ook wel noemen. Door de verwisseling van longfoto’s in het OLVG zet het verhaal zich in beweging. De vertelling zet in met: “Ik zing van een vlek die ….” Het sleurt je het verhaal binnen.

Op internet kun je er een aantal kritieken over vinden en ook is het zinnig om nummer 65 van het Christelijke literaire tijdschrift LITER een keer te lezen. Maar ook zonder al die ‘ballast’ is het genieten. Zeker, het is literair hoogstaand en er zitten veel verbanden in, maar er zitten zoveel mooie vondsten in. Zinnen die nazinderen in je hoofd. Een kleine keus:

We deelden alle genen / geen voor geen (11)

Van hun weten dat ging schelen (37)

Wat ik van hem weet / past in de palm van mijn hand (42)

Ze draagt een zonnebril / ze lijkt een vleermuis overdag (65)

…… veerman zonder overzijde worden (71)

Je wilde dood en toch gevonden zijn (78)

Zaterdagmiddag 2 juni hield Willem Jan Otten een lezing over zijn verhalende gedicht in het RK-centrum bij de Boomkerk aan de Admiraal de Ruyterweg. Boeiend, hoe hij voorlas, verklaarde en vertelde. Ik heb er in ieder geval een mooi gesigneerd exemplaar aan over gehouden, met daarbij de woorden; ‘genade sijpelt naar het laatste punt’. Willem Jan Otten vertelde dat hij een paar fouten had gemaakt. Hij kwam er later achter dat er wel een altaar staat in de kapel van het OLVG. Maar ook en dat vond hij veel ernstiger, dat er camera’s hangen in de kapel. De lezer gaat nu maar uitzoeken wat Otten daar dwars in zit.

Ik vind, maar dat is natuurlijk mijn mening, het meest indrukwekkende wat ik de laatste jaren heb gelezen. Een aanbeveling dus. Ontdek, herlees en overdenk. Op vakantie neem ik het in ieder geval mee.

kameraad baron

Vorig jaar verscheen van Jaap Scholten ‘Kameraad baron’. Ik had hem een paar gezien in een VPRO documentaire over Hongarije en Roemenië. November vorig jaar kocht ik de 7e druk. Het boek liep dus goed. Scholten schreef een documentaire over, zoals voor op het boek staat in de ondertitel; “een reis door de verdwijnende wereld van de Transsylvanische aristocratie”. Een boeiend verslag van gesprekken, reizen, feesten en persoonlijke indrukken. Scholten woont al jaren in Hongarije en heeft ook een Hongaarse vrouw. Zij is van aristocratische afkomst. Het communistische bewind heeft na WOII geprobeerd de complete aristocratie uit te roeien. Ze werden verdreven  uit hun huizen. Kwamen terecht in werkkampen, krotten, en velen overleefden het niet. Ook vluchtten duizenden naar het vrije westen. Dat alles heeft er toe geleid dat een complete laag als het ware uit de hele bevolkingsopbouw is weggesneden. Er is nog een klein gedeelte over en hun verhalen staan in ‘kameraad baron’. Boeiend, aangrijpend en soms ook verdrietig makend. Een boek om eens rustig lezen. Een paar citaten:

Zsigmond Mikes (1977) vertelt over de veranderingen in zijn Roemenië en eindigt dan aldus: “Het Transsylvanië van mijn grootmoeder bestaat niet meer. Die atmosfeer, die traditie, waarden en multi-etnische samenstelling bestaan niet meer. Ik ben bang dat hier dezelfde mens zal ontstaan als in Hongarije, en dat er daarom geen beter leven te verwachten is. Ook hier laten steeds meer mensen zich door materialisme leiden en hebben ze minder tijd voor elkaar, en wordt er meer en meer tijd besteed aan geld verdienen. In de dorpen zijn er gelukkig nog mensen die tijd hebben. De mens moet het middelpunt van het leven zijn. Ik wil omringd zijn door mensen die tijd hebben. Als men geen tijd heeft voor zinloze zaken, zal het niet beter zijn in Tokyo of New York.” (p. 363)

Ongetwijfeld kleefden er nadelen aan het semifeodale systeem – dat de kansen je te ontwikkelen en vooruit te komen in het leven ongelijk waren verdeeld bijvoorbeeld, een systeem dat in het nepotistische Oost-Europa overigens min of meer ongewijzigd in stand is gehouden -, maar het diepgewortelde besef dat men vóór alles een rentmeester diende te zijn leefde en is met de komst van het communisme verloren gegaan. Met de verdwijning van de aristocratie is de wereld kortademiger geworden. (Jaap Scholten op p. 375)

 

abraham kuyper in de uitverkoop

Altijd is het weer opwindend om door stapels afgeprijsde boeken te neuzen. Kom ik misschien iets tegen, waarvan ooit dacht; oooh, dat boek wil ik graag kopen. Alleen de opwinding al is een leuk gevoel. Zeker wanneer ik al enige tijd niet bij Scheltema aan het Koningsplein ben geweest, is het altijd weer spannend om bij de vers aangevulde ramsj te snuffelen. Een paar weken terug kwam ik de biografie over Abraham Kuyper tegen. Eigenlijk te geef: € 7,80. Toen het boek in 2007 verscheen, bracht het onder historici, zeker de gereformeerde historici, nogal wat opschudding te weeg. Dat laatste wekt natuurlijk extra belangstelling. Achterop het boek staan dan ook een aantal uitspraken uit de pers om het boek extra te verkopen. De mooiste daarvan is van de in november 2011 overleden historicus A.Th. van Deursen. Hij had in het Nederlands Dagblad geschreven dat het een ‘Een misselijk boek’ is. Op Wikipedia is te lezen dat andere historici als Harinck en Schutte, het niet met van Deursen eens waren. Al met al een mooie aanbeveling om het forse boek van 672 pagina’s ter hand te nemen. Aanbevolen dus!

kijk niet om…

Steeds weer in dubio, je agenda weggooien of toch bewaren. Ik ben in ieder geval van de bewaarkant. Zo van, je weet maar nooit. Toch kan ik als het moet, wel opruimen en weggooien. Behalve boeken natuurlijk, die gooi je niet weg. Met terugblikken is het al net zo. Kijk je terug en overdenk je dat nog een keer, of denk je; kom op vooruit… Bloggen is trouwens steeds even over je schouder kijken. En aangezien ik blog, is het ook niet erg om 2011 nog een keer voorbij te laten gaan, toch?

Op de grens van het voorjaar las ik de biografie over Albert Einstein. Een intrigerende beschrijving van een bijzonder mens. Walter Isaacson heeft een voortreffelijk boek geleverd. Inmiddels heeft dezelfde Isaacson ook Steve Jobs zijn leven op een rij gezet, maar dat terzijde. Door de ARBO-arts was ik doorverwezen naar HSK, om een re-integratietraining voor mijn burn-out te gaan volgen. Elke keer wanneer ik het kantoorgebouw, waar HSK gevestigd is, passeerde ik in de hal de muurschildering met het hoofd van Einstein. Door het lezen van de biografie en de frequente bezoeken aan het Einstein-gebouw, werd Einstein een inspirator in overspannen tijden. ‘Mensen kun je vergelijken met fietsen. Alleen wanneer je er de vaart in houdt, blijven ze in evenwicht.’ (vrij naar Einstein)

De psycholoog bij HSK heeft heel wat aan moeten horen. Een stap in de goede richting, zo beloofde ik haar, zou in ieder geval zijn wanneer ik de vloer in de woonkamer af zou kunnen maken. In de zomer van 2009 hebben we enige meters laten aanbouwen bij onze woonkamer. Toen konden we onze vloer in de aanbouw niet door leggen, omdat de planken niet meer leverbaar waren. Zwepenboom-vloeren zijn niet meer leverbaar in Nederland. Omdat Co van der Horst één van de  toonzaalvloeren ging vervangen, kunnen wij nu alsnog genieten van een complete vloer. Zo komt onze nieuwe 4800 nog beter tot zijn recht. Met natuurlijk dank aan Wouter!

En toen opeens zaten we met z’n tweeën thuis. Coos werd geconfronteerd met darmkanker. De operatie lukte. Maar het laat wel littekens na. Aan de buitenkant natuurlijk, maar ook innerlijk. Kanker is dus niet zomaar weg. Ook in 2012 heeft het KWF weer veel fondsen nodig, dus we gaan zeker weer aanbellen bij buren en oud-buren. Onderzoek en voorlichting blijft immers noodzakelijk en kan veel  leed voorkomen.

Ooit las ik van Adrian Verbree het boek ECLIPS (een verslag van een burn-out). Je denkt, dat het jou nooit overkomen zal. Daarom werk je gewoon door, werk je gewoon door en werk je gewoon door…. En wanneer je niet werkt moet je weer opladen en opladen. En langzaam bouwt het zich op. Druk en nog veel meer druk. Gelukkig, denk je, heb je nog genoeg energie. Ook dit kan nog en ook dat kan nog. Ook dit probleem cancel ik en ook voor het volgende komt er wel weer een oplossing. Totdat het niet meer gaat, todat je over de rand geduwd wordt. Voor wie meer wil weten, lees het boek van Carien Karsten.

Gineke Zikken - fabriek in A'dam-Noord

Het jaar 2011 zal wel de geschiedenisboeken in gaan als het jaar van versobering en bezuinigingen. Blijft de euro wel bestaan? Kunnen we onze hypotheek over een aantal jaren nog betalen? Een van de sectoren die flink getroffen worden door rigoureuze bezuinigingen is de kunstsector. Een goed idee is dan ook om als particulier wel kunst te blijven kopen. Je fleurt je huis er mee op, je geniet er elke dag van. Een ander idee is om muziekhuizen en theaters te bezoeken wanneer je favoriete kunstenaar optreedt. Door illegaal te gaan downloaden speel je die ‘irritante’ staatssecretaris Zijlstra alleen maar in de kaart.

Doop Jip

Zijn er pillen voor burn-out? Kan mijn huisarts geen receptje voorschrijven? Is er dan niks wat helpt? Nee, er zijn geen pillen. En nee, ook de arts heeft niet een kant en klaar recept. Maar gelukkig zijn er wel dingen die helpen. Rust, ja, heel veel rust en leren echt niets te doen. Maar ook de mooie dingen wel blijven zien. Wel ook weer gaan genieten. Het zo nu en dan bezig zijn met Levend Water en het uitzien naar een kleinkind. Steeds weer de grenzen stellen en proberen er niet over heen te gaan. En de mooie belevenissen zorgen ook voor steeds weer een beetje beter worden.

Viktor Kossakovski maakte een prachtige documentaire over zijn zoontje van twee. Kossakowski is documentairemaker en wilde vastleggen hoe Svyato voor het eerst in de spiegel zou kijken. Op YouTube staat een korte samenvatting. Het leert je om ook zelf eens anders in de spiegel te kijken. Een paar weken geleden zag ik Svyato in de serie van Willem Jan Otten in de De Balie. Zo’n spiegelfilm is goed voor je burn-out. Trouwens een toespraak van Willem Jan Otten is ook heel inspirerend.

Ik ben weer begonnen met werken. Officieel heet dat re-integratie. Twee morgens in de week op ‘de Rank’ in Alkmaar. Alhoewel het niet naast de deur is, wel goed om te doen. In groep 7/8 was het bij de kerstmaaltijd uitermate gezellig. Bij de kleuters liep ik laatst binnen en vroeg de juf me of ik wilde uitleggen wat knielen betekent. Een meisje wilde het wel voordoen. Mijn vraag, na enige uitleg, was vervolgens: “Kan iemand zich nog kleiner maken voor God?” Al gauw lag een jongetje languit op de grond met zijn handen gevouwen. Blijkbaar is het verhaal goed overgekomen, want op een zondag erna zei een predikant: “Zulke meesters hebben we nu nodig!” Waarvan akte!

Kijk niet om… Natuurlijk kijken we vooruit! In 2012 ga ik verder lezen. In ieder geval in drie boeken, die ik nog niet uit heb. Van de neven Foer lees ik op dit moment ‘Het geheugenpaleis‘ en ‘Dieren eten‘. Allebei erg leuke boeken. En er ligt nog een derde Amerikaan om uit te lezen. Het boek van Tim Keller over gerechtigheid is confronterend. Zet aan het denken hoe je omgaat met de ander en met geld, hoe je weggeeft en deelt. Genoeg om over na te denken in 2012.

 

extreem luid & ongelooflijk dichtbij

Voor in mijn exemplaar van de bibliotheek in Diemen is een briefje geplakt. ATTENTIE: Typografische afwijkingen horen bij de uitgave van dit boek. Wanneer je het boek zonder deze opmerking zou hebben gelezen, zou je naar mijn idee geen moment gedacht hebben dat dat niet zo zijn. Maar ja, dat is achteraf niet te bewijzen. Het omslagontwerp van Roald Triebels (kreeg er in 2005 een prijs voor; mooiste ontwerp van dat jaar), is mooi. Maar de Amerikaanse omslag had ook best gekund. Zijn mijn blog over mevrouw Foer, Nicole Krauss.

Hoe is uit te leggen, waarom dit boek van Foer een fantastisch boek is? Kun je weergeven wat zo’n boek al lezend met je doet? Wat voor gedachten het bij je los maakt, is dat wel in woorden te vatten? In het verhaal van Oskar Schell, zijn vader, zijn oma en opa komt zoveel menselijk gevoel aan de orde, dat laat je niet onberoerd. De 11e september van 2001 heeft hiermee een ongelooflijk mooi monument gekregen. Op de HAVO hadden we een leraar Nederlands die wel eens grapte over zijn vrouw. Wanneer die een spannende streekroman las, ging haar boek haast als vanzelf steeds verder naar omhoog, voor haar gezicht. Ze kon dan ongemerkt een traantje wegpinken. ‘Extreem luid & ongelooflijk dichtbij’ is een boek waarbij je van binnen en misschien ook wel van buiten moet huilen om het verdriet en ook de kracht van mensen om daar mee om te gaan. Misschien zou zelfs de leraar Nederlands een traan hebben moeten laten.

netsukes

De haas met de amberkleurige ogen. Sinds dat ik CONGO van David van Reybrouck heb gelezen, had een boek niet zoveel indruk op mij gemaakt. Een korte recensie in het ND had me geprikkeld. Mijn zoon gaf het me cadeau op mijn verjaardag. Inmiddels beleefde het boek de derde druk in Nederland, met gelukkig de oorspronkelijke titel. De eerste twee drukken verschenen als het ‘Knoopjeskabinet’. Een vreemde gewoonte trouwens om de titel van een boek (zonder opgaaf van redenen aan de lezers) te veranderen. Gelukkig is ‘The Hare With Amber Eyes’, nu ‘De haas met de amberkleurige ogen’. Wil je uitgebreid lezen waar het boek over gaat, volg dan de link naar de boekenbijlage van Vrij Nederland. In een uitgebreid artikel van Carel Peeters wordt weergegeven wat de inhoud van het boek van Edmund de Waal is. De Waal heeft onderzocht wat de geschiedenis is van de door hem geërfde verzameling netsukes (spreek uit: nets’kees). Daardoor komt hij automatisch terecht bij de levensverhalen van de oorspronkelijke netsuke-bezitters. [Een netsuke is een behoorlijk grote knoop die hoort bij een riem/gordel om een Japanse kimono dicht te houden. Al eeuwen waren er in Japan ‘kunstenaars’ die deze knopen sneden uit ivoor of heel hard hout. Het werden kleine kunstwerkjes/sieraden en daardoor ook een verzamelobject.] Het verhaal over de netsukes sleept je vervolgens volledig mee en de schrijver verweeft zich ook zelf in het verhaal. Parijs eind 19e eeuw komt in beeld en vervolgens Wenen in de eerste helft van de 20e eeuw. Een verhaal over vrijwel onbegrensde rijkdom, maar ook over Jodenhaat. Soms grijpt je het verhaal echt naar je strot. De schrijver Edmund de Waal is eigenlijk beeldend kunstenaar. Hij heeft zich gespecialiseerd in porseleinen kunstwerken. Op zijn website is te zien en te lezen dat zijn werk in verschillende verzamelingen en musea is te bewonderen. Opvallend is dat daarin het thema verzamelen een belangrijke plaats heeft. Kasten of rekken met daarin prachtig vormgegeven flesjes, schaaltjes en potjes laten je zomaar wegdromen en filosoferen over wat de inhoud zou kunnen zijn. De waal heeft in zijn boek het in ieder geval gevuld met verhalen over zijn verre neef Charles en zijn overgrootouder Viktor en zijn oudoom Iggie. Mooi is dat Edmund de Waal ook te zien is in filmpjes op YouTube. Ontroerend vond ik het filmpje uit de serie ‘5×15 event’. Een spreker die verlegen overkomt, niet weet waar hij met zijn handen heen moet, een netsuke tevoorschijn haalt uit zijn broekzak en daarover gaat vertellen. Hier en daar doorspekt met droge humor. Waarbij mensen naar mijn idee dan net te hard lachen, waar het over Joden gaat. Een recenter filmpje gaat over een bijzondere toespraak in Wenen. Duidelijk is dat hij daar in het ‘paleis’ van zijn voorouders staat. Zijn familie is meegekomen, waaronder zijn 82-jarige vader. Wat moet dat vreemde geweest zijn. Een inmiddels weer prachtig gerestaureerd gebouw, wat ondertussen een Casino is geworden, maar wat ooit van je overgrootvader is gestolen door de nazi’s. Edmund de Waal in Palais Ephrussi – Wenen Volg de link en verbaas je ook hier over de bizarre tegenstrijdigheden die dit filmpje oproept.

Echt een boek om  te gaan lezen, zeer aanbevolen. Mooi vond ik dat op de flap staat; koop er twee, lees er één en geef de ander weg. Een beter compliment kun je een boek niet geven. Het boek zet ook aan het denken over verhalen uit je eigen geschiedenis. Moet je in sommige gevallen zwijgen? Moet je je verleden steeds maar opruimen en in de versnipperaar gooien? Hadden de families Ephrussi en de Waal dat gedaan, dan hadden we nu in ieder geval niet zo’n indrukwekkend boek gehad.

Norman Viss remigreert

Enkele weken geleden zijn we naar Heemstede geweest om afscheid te nemen van Norman Viss en zijn vrouw Cyndi. Na bijna 22 jaar Nederland keren ze terug naar de Verenigde Staten. Eind 1989 zal het geweest zijn dat ik voor het eerst kennis maakte met vader, moeder en zoon Viss. Ze woonden toen voorlopig in Buitenveldert. Vanuit de kerkenraad hebben we toen contact gelegd via dominee Kim Batteau (in die tijd predikant in Zaandam). Vader en zoon Viss waren uitgezonden door een Amerikaanse zendingsorganisatie; World Harvest Mission. Omdat onze kerk in die tijd behoorlijk actief was met zomerevangelisatie in de Bijlmer, leek het zinvol om samen te gaan werken. Uiteindelijk heeft het geresulteerd in een aantal gezamenlijke zomerprojecten in het centrum van Amsterdam. Een groep jonge gereformeerde mensen werkte dan vanuit de Oosterparkkerk samen met een Amerikaans team. Onvergetelijk waren de gezamenlijke start sessies in de OPK, gedeeltelijk in het Engels en het Nederlands. We baden en zongen samen, letterlijk ook hand in hand. Ik weet nog dat er teams zijn geweest uit de Redeemer Presbyterian Church (New York) van Tim Keller. Zij offerden hun twee weken zomervakantie op, om op de Dam, het Leidseplein, maar ook in het Vondelpark, Gods Woorden te laten horen. Voor veel mensen in onze kerkelijke gemeente was het een prachtige eyeopener om met broers en zussen uit de VS zo samen op te trekken. Die samenwerking heeft ons geloof verdiept en ons oog voor de wereld om ons heen verder geopend. Het heeft echt blijvende invloed op ons kerk-zijn gehad. Norman haalde al snel zijn gezin naar Nederland en na een korte periode in Almere-Haven, kwamen ze wonen in Diemen. Ben en Willy leerden op de van ’t Veerschool in no-time Nederlands. Onze kinderen weten nog te vertellen dat Cyndi altijd hetzelfde boek voorlas wanneer ze wel eens oppaste. Een oefening voor haar uitspraak! Ook het team van WHM in Nederland groeide.

Vlnr. Cyndi en Norman Viss, Charlet en Bill Viss (sr.)

Onvergetelijk werden bijvoorbeeld onze contacten met Joe en Deb. Joe was ex-worstelaar en had de Olympische Spelen van München nog meegemaakt (als reserve, naar ik meen). Hij maakte van nabij de terreuraanslag van de Palestijnen (Zwarte September) mee. In New York had Joe later gewerkt bij een speciale politie-eenheid  die de Joodse maffia bestreed. Een bijna fatale schietpartij werd de aanzet tot Joe’s bekering.

Na een aantal jaren stichtte Norman met WHM in Amsterdam-Noord een nieuwe gemeente met de NGK (september 1993); ‘de Hoeksteen’. Norman werd voorganger en uiteindelijk zelfs predikant. Na een bewogen periode in Noord werd Norman in 2002 predikant in Heemstede, een ‘gewone’ Nederlandse gemeente. Nu na bijna 22 jaar Nederland nemen Norman en Cindy afscheid. Hun drie kinderen wonen inmiddels allemaal weer aan de overkant van de oceaan. We hebben veel aan ze te danken. Het verbreedde onze kijk op de kerk en de wereld. In zijn blog geeft Norman een advies aan zijn collega’s. Kortweg: maak vrienden buiten de kerk, ruim daar echt plaats voor in. Gewoon mens zijn te midden van andere mensen, zeker als ze niet geloven. Een advies om ter harte te nemen. Niet alleen voor voorgangers, maar ook voor gewone kerkgangers. Wees christen te midden van je buren en allerlei andere contacten. Maak er ruimte voor, zegt Norman Viss. Ook laat Norman een pas verschenen boek achter. Een boek over hoe we als mensen met elkaar omgaan. “Zoals men ijzer scherpt met ijzer, zo scherpt een mens zijn medemens”, een tekst uit Spreuken als ondertitel. Een oproep aan mensen om elkaar aan te scherpen. Een indringende, maar liefdevolle boodschap. En beslist geen lood om oud ijzer!

Norman en Cindy nemen weinig mee bij hun terugkeer naar de VS. Daarom hadden ze hun CD verzameling in de uitverkoop gedaan. Wanneer ik nu de Chieftains, Joe Cocker of U2 in de CD-lade stop, gaan de herinneringen weer naar Norman en Cindy.  Het ga ze goed, met Gods zegen!

de heilige familie en occupy

In de Nieuwe Kerk bij de Dam, is een wonderlijke tentoonstelling. Naast dat je nu heel rustig in de kerk kunt rondlopen en bezichtigen, hangt er maar één schilderij. De Nieuwe Kerk heeft een initiatief gestart om elk jaar een bijzonder uniek religieus meesterwerk naar Nederland te halen. Vanwege de samenwerking met de Hermitage in St. Petersburg, viel de eer te beurt aan de directeur van de Hermitage om iets bijzonders te kiezen. Het is een indrukwekkende Rembrandt die er nu hangt. Een zogenaamde Heilige Familie. Maria bij de wieg met Jezus en Jozef aan het werk als timmerman. Een even simpele voorstelling, als ook ontroerend!  Tot en met 13 november is het schilderij nog te zien. En met je MJK kun je zo naar binnen. En Amsterdam is een stad met tegenstellingen. Wanneer je vanaf het CS zou komen, kom je op weg naar de Dam, langs het Beursplein. Al een paar weken (ongeveer net zo lang als dit schilderij in de NK hangt), staat het plein bol van de Occupy activiteiten. Terwijl in de NK bezoekers zich laten verwonderen en misschien ook wel inspireren door de nederigheid van Jezus, protesteren mensen tegen het ‘grootkapitaal’; banken, beurzen, grootbezitters en alles wat riekt naar te veel geld. Het plein staat vol met koepeltentjes en een paar vergadertenten. Naar mijn idee wel een heel erg samenraapsel. Daklozen, buitenlanders, beroepsdemonstranten, en mensen die graag discussiëren. Toch zouden die mensen van het Beursplein ook es een paar honderd meter verder moeten lopen en eens even rustig zich laten overweldigen door het prachtige schilderij van Rembrandt. Zouden ze dan op een andere manier gaan demonstreren? Biedt het geloof in Jezus trouwens oplossingen voor de economische en financiële crisis, waar de media bol van staan? En waarom demonstreert men trouwens niet tegen de levensgrote posters met allemaal blote mensen die zitten te lezen in “Het leven is vurrukkulluk”? Niks niet vurrukkulluk roepen immers de posters op het Beursplein!

een vergissing?

Mocht u het nog niet gelezen hebben, het is een geweldige aanrader. In het Nederlands vertaald onder de titel “een keukenmeiden roman“, ligt al een half jaar in de boekhandel. De oorspronkelijke titel is “The Help”. Deze Amerikaanse roman speelt zich af begin jaren zestig in de staat Mississippi. Een ernstig, ontroerend boek met heel veel humor. Het gaat over hoe de zwarten zich voelden in een door blanken beheerste maatschappij. Het laat je ook in een spiegel kijken als lid van een grote meerderheid in ons eigen land. Gewoon lezen dus! Aardig is het commentaar in verschillende soundbites achter in het boek. De pers heeft zich meer dan lovend uitgelaten. Een citaat uit het NRC gaat over het omslag en de titel. De recensent vind beide in het Nederlands veel beter. Valt naar mijn idee over te twisten. Door die NRC opmerking was ik wel nieuwsgierig hoe het Amerikaanse omslag er uit zag. Op Amazon.com heb je dat zo te pakken natuurlijk. Daar las ik ook nog een keer de eerste pagina in het Engels. Aibileen vertelt dat Mae Mobley is geboren op een vroege zondagochtend in augustus, in 1960. ‘A church baby we like to call it’ (citaat 2e regel). De vertaalster maakte daarvan dat het dan een ‘kerkbaby’ wordt genoemd. Heeft de schrijfster zich vergist?  Is een kind wat op een vroege zondagochtend wordt geboren niet gewoon een zondagskind? Of zouden de zeer gelovige zwarten dat echt een kerkbaby hebben genoemd? En zou de vertaalster daar dan niet aan gedacht hebben?  Ondanks dit raadsel, lees en geniet!