Categorie: muziek

gunder

Een nieuwe tour van Daniël Lohues. Eind vorige week vulde hij drie avonden De Kleine Komedie. Het programma kent een aantal prachtige nieuwe nummers. Het zijn weer typische Lohues liederen en in de show praat hij ze ook nog es op een onnavolgbare wijze aan elkaar. De zanger en liedjesschrijver toont zich opnieuw een geweldig observator en weet dat te vatten in prachtig Drents. Het spreekt van een gunderen (verlangen) naar wat achter de horizon ligt, maar ook naar het goede uit het verleden dat zo maar verdween. Voor mensen die niet terugschrikken voor dialect en houden van doordachte en melodieuze folk is een optreden van Lohues in het theater een geweldige avond uit. Hij maakte de zaal wel erg blij, door op een haast verlegen manier toch nog wat toegiften te spelen. Natuurlijk zat daar zijn onnavolgbare fietstocht door zuidoost Drenthe bij. Maar tot mijn grote vreugde ook het ontroerendste lied van de CD Allennig II.

Ie mut niet bange wezen / veur hoe de wind soms stiet / Angst is mar veur eben,  spiet is veur altijd / Wees mar niet benauwd, / ie zien ja wel hoe ’t giet / Angst  is mar veur eben, spiet is veur altied

tollenaars maken CD

Afgelopen week moest ik in groep 7 vertellen over Levi de tollenaar. Hij werd door Jezus van zijn werk weggeroepen om achter Jezus aan te gaan. Later gaat Jezus eten met Levi en zijn collega’s en ook andere zondaars schuiven aan. Jezus geeft de criticasters ter overweging dat hij gekomen is om mensen te redden en niet de al geredden nog een keer naar de mond te preken. Een paar dagen ervoor had ik een paar keer de CD van Tax Collectors opgezet.  Deze echte eerste CD van de Amsterdamse Tax Collectors ademt ook die sfeer. Geen triomfantelijke overwinningsmuziek van een groepje gereformeerden die het al weten. Dat maakt het tot een intrigerend muzikaal verhaal van de zes muzikanten. Al jaren spelen ze samen en zijn op zoek gegaan naar hun eigen geluid. De 13 nummers op deze CD met de titel ‘FOREIGNER’ zijn allemaal geschreven door Ton van Dijk en passen uitstekend bij de door de groep gearrangeerde muziek. Binnen de grote hoeveelheid aan muziekgroepen die bijvoorbeeld bij DWDD optreden, misstaat de Tax Collectors beslist niet. Aanschaffen dus, voor de prijs hoef je het niet te laten. Kijk op: www.taxcollectors.nl. Complimenten trouwens ook voor het prachtige ontwerp van Martien ter Veen!

Auferstehung

De laatste jaren ben ik meer van de muziek van Gustav Mahler gaan begrijpen en houden. Verschillende keren heb ik het Concertgebouw symfonieën van hem horen opvoeren. Steeds weer een aangrijpende gebeurtenis. Gisteravond voerde het Nederlands Philharmonisch Orkest symfonie nr.2 uit, onder leiding van de nieuwe dirigent Marc Albrecht. In dit muziekstuk worstelt Mahler met zeer diepe levensvragen. ‘Is er een leven na de dood?’ is wel de hoofdvraag. In de symfonie ‘Auferstehung’ heeft Mahler deze vraag vertolkt in zeer aangrijpende en dramatische muziek. Zelden zit het podium zo vol met musici, het orkest lijkt tot buitengewone proporties opgeblazen. In het laatste deel klinkt de muziek zelfs vanuit de gangen van het Conceretgebouw. En wanneer het koor mee gaat doen en “aufersteh’n, ja aufersteh’n wirst du” zingt, lopen de rillingen over je rug. Het slagwerk laat het gebouw trillen op zijn grondvesten en ook het orgel laat zijn donkere tonen horen.

Coos was niet mee deze keer. Ze is opgenomen in het Flevoziekenhuis om geopereerd te worden aan darmkanker. Gelukkig is zover we nu kunnen constateren alles goed gegaan. Vanavond mag ik haar weer ophalen uit Almere. Toch confronteert het ons natuurlijk met levensvragen. Waarom ik, waarom zij? Hadden we al niet genoeg op ons bord? En als het nu allemaal verkeerd afloopt? Natuurlijk grijpt zo iets diep in. Soms waanden we ons in een achtbaan. Maar ook steeds was er het besef dat er een levende God is, een Vader in de hemel die voor ons zorgt. En dan zeg je tegen elkaar: waar zouden we zijn en moesten we blijven, als we dat vertrouwen niet hadden? Door deze ellende van kanker heen, ben ik nog meer gaan beseffen dat Jezus Christus de dood overwon en op stond uit de dood. Bekijk de plaat nog maar eens goed die ik met Pasen op mijn blog heb gezet. In het lege graf is alleen maar een cocon. een omhulsel, te zien. De Heer is echt waar opgestaan! Door de muziek van Gustav Mahler heen speelde dat door mijn hoofd. Dat geeft troost en rust en heel veel vertrouwen voor de toekomst.

de kift, schubert en hard meezingen

Hard meezingende mannen en vrouwen van mijn leeftijd. Waar kom je dat nog tegen? Jazeker, in de kerk. Dit keer was dat ook zo. Paradiso was ooit het gebouw van De Vrije Gemeente. (Een vrijzinnige afsplitsing van de Nederlands Hervormde kerk, ontstaan in de tweede helft van de 19e eeuw. En, nog een weetje, de architecten waren vader en zoon Salm. Zoon Abraham Salm heeft ook de Oosterparkkerk ontworpen!) Tegenwoordig is De Vrije Gemeente (staat er nog steeds groots op), een ‘poptempel’. Met zoon Harm en zijn vriend Otto afgelopen donderdag naar een optreden van de Kift geweest (doorklikken naar Brik). De Kift is een wel zeer bijzondere groep muzikanten uit Zaandam. Sommigen hebben een fanfare achtergrond, maar tegenwoordig maken ze er een muziekspektakel van. Ook stofzuigers,  fietsenwielen en zinken afwasteilen worden ingezet.

foto Harm, gemaakt met iPhone, 14.04.2011

Geweldig om het te ondergaan en te merken dat mensen er zo in opgaan dat ze keihard staan mee te zingen. Er zijn geen banken en stoelen meer in deze kerk, dus je moet wel staan. De volle borst kan dan nog beter opgezet worden! Ik vind het prachtig wanneer muziek je beroert en ontroert en dat doet de Kift zeker.

Heel anders was dat dinsdagavond. We (Coos en ik) waren in het Koninklijk Concertgebouw getuige van een prachtige uitvoering van de ‘De Onvoltooide’ van Franz Schubert. Dat wil zeggen; zijn zevende symfonie. Eigenlijk is zo’n concert een heel raar gebeuren. Je zit met meer dan 1000 mensen zo stil mogelijk te luisteren naar een muziekstuk van eeuwen oud. Muziek waarvan iedereen vindt dat het klassiek is. O wee, wanneer iemand te hard zit te kuchten of wanneer er per ongeluk een niet uitgezet mobieltje afgaat. Gemiddelde leeftijd ligt op zo’n avond dik boven de vijftig denk ik. Na de pauze klonk het de vierde van Brahms, ook heerlijk romantisch. Ook nu weer, beroering en ontroering. Maar toch zou er eigenlijk meer ruimte moeten zijn om dat te tonen, anders dan door aan het eind te applaudisseren.

Hard meezingen kan gelukkig ook met een aantal nummers van de nieuwe CD van Psalmen voor Nu. Psalm 89 staat er op onder de prachtige titel ‘Mooie droom’. Het komt uit de zin: ‘U hebt uw volk een mooie droom gegeven’. De makers van CD verdienen veel lof voor deze prachtige muziek. Tot slot het laatste cuplet van psalm 118 zoals het bij PvN klinkt:

Ik dank u, HEER, u bent zo groot en goed. Ik dank u, HEER, omdat ik weet hoe sterk u bent. En ik vertel het elke keer: ‘De HEER is groot en goed. De HEER is groot en liefdevol, ja, liefdevol en goed.’ Ik dank de HEER die liefde geeft, een liefde zonder eind.

accordeon en harmonium

We hadden vroeger bij mijn ouders, een harmonium in de woonkamer. Tegenwoordig kom je ze in huiskamers bijna niet meer tegen. Zo’n halve eeuw geleden, was het zeker bij kerkmensen, een gewild meubelstuk. In sommige musea kom je ze tegen, wanneer men de bezoekers een kamer wil tonen uit de eerste helft van de 20e eeuw. Het Bijbels Museum (Herengracht, Amsterdam) heeft daar op de bovenste etage een prachtig voorbeeld van. Een harmonium heeft geen pijpen zoals een kerkorgel. De tonen worden gemaakt door lucht te blazen of te zuigen door metalen tongetjes. Daardoor krijgt een harmonium een heel eigen geluid. Een mondharmonica en accordeon zijn directe familie van het harmonium omdat ze ook volgens het principe van metalen tongetjes werken. Ook bij deze instrumenten is het blazen en zuigen. Voor zover ik weet ben ik op het ouderlijke harmonium nooit verder gekomen dan het overbekende ‘vader Jakob’. Mijn broer boven mij en ook mijn oudste zus konden er echt op spelen. Mijn broer heeft daardoor helaas mijn jarenlange afkeer van orgelmuziek bewerkstelligd. Hij was later, het harmonium was inmiddels ingewisseld voor een elektronisch orgel, een groot liefhebber van Feike Asma en Jan Zwart. Daarmee was ook dit instrument in mijn ogen verworden tot een ‘psalmenpomp’. Later ben ik gelukkig gaan inzien dat er wel degelijk mooie orgelmuziek bestaat. Toch denk ik dat het harmonium er wel voor heeft gezorgd dat ik wel ben gaan houden van mondharmonica en accordeon muziek (waarvan de bandoneon weer familie is) . Bob Dylan met harmonica, de rillingen lopen over je rug. Maar ook Toots Thielemans vind ik bij tijden geweldig. Zelfs Daniël Lohues op de CD ‘Allennig IV’ bij het nummer ‘Hoeveul be’j neudig’ het harmonium in volle eer hersteld. En voor de liefhebbers van minder heftige muziek; ook voor het harmonium is prachtige muziek geschreven door grote componisten. Zie bijvoorbeeld het filmpje met Joris Verdin.  Bij het doorbladeren van het laatste nummer van Klassieke Zaken stuitte ik op de muziek van de Finse muzikant Kimmo Pohjonen. Waarschijnlijk heeft de muziek uit mijn jeugd er voor gezorgd, dat ik deze accordeonmuziek uiterst intrigerend en spectaculair vind.

songs of praise; van zingen ga je beter leren

Elke zondagavond is op de BBC rond zo’n uur of vijf, zes, mijn meest favoriete programma op de Engelse zender: ‘Songs of Praise’. Meestal is men afgereisd naar een dorp of stad om daar een zangavond in een kerk op te nemen. Het verzamelde ‘kerkvolk’ heft dan prachtige hymnes en psalmen aan. Elk jaar stelt ‘Songs of Praise‘ zelfs een top-10 vast. Tussen de liederen door laat men iets van de omgeving zien of vertelt men uitgebreid over de geschiedenis van het kerkgebouw. Ook christenen worden geïnterviewd over wat het christen-zijn in hun leven betekent. Tot zover nog niet veel bijzonders. Ook in Nederland worden dit soort programma’s wel gemaakt door de ZvK en de EO. Een groot verschil zit in ieder geval wel in het zingen. Groot-Brittannië heeft een heel andere zangcultuur dan ons land. Heel mooi komt dat tot uiting in hoe er in het onderwijs met het zangonderwijs wordt omgegaan. Naar mijn indruk heeft het aan de andere kant van de Noordzee een veel belangrijker plaats in het onderwijs dan in de gemiddelde Nederlandse school. Of dat nu een school is voor basis of voor voortgezet onderwijs, dat doet er niet toe.

Edinburgh Academy Choir

De afgelopen twee weken zond men de have finales uit van het  ‘School choir of the year’  competitie. Ongelooflijk wat je dan te zien krijgt. Elke school werd even kort geïntroduceerd. Vervolgens trad het koor op en liet dan horen waar ze toe in staat waren. Een vakkundige jury oordeelt vervolgens welke drie door mogen naar de finale (sunday, 16:45 on bbc one – 10april). Niks geen afkraken of zeuren over het optreden. Maar heel mooi benoemen waar het koor sterk in is en waar het in uitblinkt. Het enthousiasme spettert er in ieder geval aan alle kanten vanaf. Een van de finalisten komt uit Edinburgh. Prachtig toch wanneer je in zo’n prachtige zaal die hoort bij je school kunt oefenen onder de leiding van een bevlogen dirigent met hart voor zingende pubers! Enig googelen leverde de website van deze school op. Ik moet het toegeven; daar kunnen we in Nederland nog wat van leren.

In de bijlage van de vrijdagkrant van het ND (vrijdag 1 april 2011) stond een uitgebreid pleidooi voor meer zingen op school. ‘Van zingen ga je beter leren’. En dat laatste is zelfs wetenschappelijk bewezen door Hans Günther Bastian (een Duitse hoogleraar). Wat zou het dus mooi zijn wanneer op veel Nederlandese scholen weer een echte zingcultuur ontstaat. Uit eigen ervaring weet ik dat het ontspant en weer ruimte maakt in je hoofd. En wanneer zelfs wetenschappelijk is bewezen dat kinderen beter gaan leren… Dan ga je toch gewoon vandaag beginnen en ga je ook proberen dat scholen goede muziekpedagogen kunnen aantrekken!

nieuwe  psalmen voor nu


Op een woensdag was het, alweer enige jaren geleden. Tussen de middag ging ik even naar de markt. Ik had de radio zoals gewoonlijk op I. Volgens mij was  het in een actualiteitenrubriek van de NCRV, dat Rien van de Berg live een psalm zong, als aankondiging van een nieuw project; Psalmen voor Nu. Zijn missie vertelde hij, was het om de prachtige 150 psalmen uit de Bijbel voor vandaag te hertalen en zo op muziek te zetten dat de ‘hedendaagse kerkganger’ weer de psalmen wil luisteren en zingen. Inmiddels is de zevende CD in aantocht. Ik vergeet nooit meer de presentatieavond in Tivoli (Utrecht). Een geweldige band op het podium en een zaal die volop psalmen zong. Inmiddels heeft PvN zijn voor en tegenstanders gekregen. Gelukkig begint het hier en daar te veel Opwekking wat naar de achtergrond te verdringen. Een tijd geleden mocht ik in de Oosterparkkerk een keer preeklezen.  Van Tim Keller had ik in CV-Koers een mooie heldere preek gevonden over psalm 119. Hoe lief heb ik Uw wet! Via de speakers hebben de psalm voor nu 119 laten horen en tegelijkertijd de tekst gebeamd. Na het eerste couplet begonnen de eerste gemeenteleden mee te zingen. Meer dan een kwartier zingen! Geweldig. Maar ook om thuis te luisteren en dan mee te zingen of te neuriën. Op GBS Veerkracht leerden ze vorige week psalm 84 van PvN. Ik hoop van harte dat op de nieuwe CD ook weer veel mooi meezingnummers staan. Ik hoop dat kerken er ook steeds meer gebruik van gaan maken. Trouwens ze mogen ook best Datheen en het Liedboek blijven gebruiken. Ook een opwekkingsnummer, niets mis mee. Maar Gods psalmboek vraagt er om op een hedendaagse wijze vertolkt te worden. Zeven is het getal van de volheid, maar Psalmen voor Nu is nog niet voltooid. Op naar nog meer mooie CD’s. Trouwens ook de Australische versie: ‘Sons of Korah’ zijn in onze diensten uitstekend te gebruiken. Halleluja!

staff benda bilili

Dinsdag is eens in de zoveel weken, onze concertavond. Gisteravond was wel bijzonder omdat tegenover de garderobe een groot condoleanceregister lag vanwege het overlijden van Yakov Kreizberg. De gastdirigent had er voor gekozen om ter nagedachtenis aan Kreizberg de avond te beginnen met de orkestsuite nr 3 in D, BWV 1068 (Air ‘auf der G-Saite’) van Johann Sebastian Bach. Een mooi en ontroerend gebaar. Eigenlijk had men op zo’n moment op een groot scherm iets van Kreizberg moeten laten zien… Daarna klonk in een vioolconcert van Britten de oorlogsdreiging van Wereldoorlog II. Een vreemde combinatie, maar het stond geprogrammeerd natuurlijk. Na de pauze konden we heerlijk romantisch wegdromen bij de 8e symfonie van Schubert.

Thuisgekomen nog even zappen. Helaas was er bij Pauw en Witteman alleen maar het zoveelste gezeur over de mislukte helikoptervlucht in Libië. Minister Hillen werd weer even flink afgezeken; niet boeiend dus. Gelukkig was op Nederland 2; ‘het uur van de wolf’ (fantastisch documentaire programma van de NTR). Opeens waren Britten en Schubert vergeten en bevonden we ons in de dierentuin van Kinshasa (Congo). Een groep gehandicapte mannen maakte muziek over hun leven op straat. Enkele oude gitaren, een paar trommels en zelfs een eensnarig instrument. Rauw, maar ook ontroerend. Kijk maar eens naar het volgende YouTube filmpje:
De documentaire over deze groep muzikanten start in 2004 en volgt de ontwikkeling van deze groep die zich Staff Benda Bibilili noemt. Nadat ze een CD gemaakt hebben worden ze uitgenodigd in Frankrijk om daar op te treden. Vervolgens veroveren ze Europa. Bij een van de nieuwjaarsconcerten van het Nederlands Blazers Ensemble hebben ze zelfs in het Concertgebouw gespeeld. Het meest ontroerende, naast de muziek vond ik dat deze mannen ondanks hun handicap en hun ongelooflijke armoe, toch doorzetten en hun levenslust en humor behouden.

Deze week ben ik begonnen in het inmiddels veel bekroonde werk van David van Reybrouck. In dit boek wordt op een meeslepende wijze de geschiedenis van Congo beschreven. Wanneer je dat leest begrijp je de achtergrond van Staff Benda Bilili. Ik zal er later nog wel een keer op terug komen, maar dit is nu typisch zo’n boek wat elke leerkracht gelezen moet hebben. Je leert Afrika een beetje begrijpen, je leert over de slavenhandel, over de prachtige natuur van Centraal-Afrika en dus ook waarom de mannen en jongens van SBI in zulke omstandigheden wonen. Onbevooroordeeld kijken, lezen of spreken over Afrika of in het bijzonder Congo, is er dan niet meer bij.

yakov kreizberg 1959 – 2011

Tot mijn spijt breng ik u ervan op de hoogte dat onze chef-dirigent Yakov Kreizberg heeft laten weten zijn aanwezigheid om gezondheidsredenen te moeten annuleren voor zijn concerten met het Nederlands Philharmonisch Orkest in april 2011. Wij betreuren het zeer dat de aanhoudende gezondheidsproblemen en het moeizaam herstel van Yakov, zijn afscheidsseizoen bij het Nederlands Philharmonisch Orkest zo anders doet verlopen dan wij allen hadden gehoopt. Yakov Kreizberg zelf schreef u in december nog: “I am very much looking forward to the concerts during the rest of the season.”

Zo begon de mail die we afgelopen maandag kregen van het Nederlands Philharmonisch Orkost. Al verschillende keren had de dirigent moeten afzeggen. De laatste keren dat we Kreizberg het NPO zagen dirigeren, was duidelijk te zien dat hij  dat hij ziek was. Vermagerd betrad hij het podium via de zijtrap. Vol vuur en passie dirigeerde hij echter wel zijn orkest. Rechtop, een beetje achterover hangend zoals altijd. Op de site van het NPO werd regelmatig door bezoekers gevraagd om openheid te geven over de ziekte van Kreizberg. Maar steeds weer werd op verzoek van Kreizberg geen commentaar gegeven. Zijn sterven (gisteren 15 maart) zal een verlies zijn voor het Nederlandse muziekleven en  is natuurlijk ook triest voor zijn familie. Als actieve concertgangers van het NPO zullen we hem ook missen.

Het zet gelijk ook aan het denken. Nu ik lees in het boek van Tim Keller over de “Namaakgoden”, kwam ik ook het hoofdstuk tegen waarin het gaat over mensen die uit zijn op succes. Het stelt je voor de vraag waar grenzen liggen, ook in je eigen leven. En wat betekende het in het leven van Yakov Kreizberg? Waarom ging hij maar door  en door met dirigeren? Vanwaar die gedrevenheid? Succes,  roem, er kan zo maar een einde aan komen. Keller vertelt van de succesvolle generaal Naäman, maar ten dode opgeschreven door melaatsheid(huidvraat). Uiteindelijk moest deze zich vernederen tot zeven keer onderdompelen in de modderstroom van Israël. Gevolg was wel dat hij vervuld van geloof in de Levende God terugkeerde naar Damascus. Succes deed er uiteindelijk niet meer toe!

“hout moet”, het drents van Lohues

In de werkplaats van mijn vader hing heel lang een bord met het opschrift ‘hout moet’. Voor een “houthandelaar”, zoals mijn vader in de volksmond heette was dat een goede reclame natuurlijk. Ongetwijfeld zat er ook wel iets in van de gedachte dat je moed moet houden. En misschien is ook wel mijn  passie voor hout op deze manier ontstaan.

Afgelopen week was Daniël Lohues weer in Amsterdam. Vrijdagavond hebben we z’n optreden in de Kleine Komedie bijgewoond. Een groot genoegen, ook deze keer. De Drentse zanger weet keer op keer het diepst van je ziel te raken. Het zal zeker komen doordat we dezelfde taal spreken, maar relativerende stijl en zijn betrokkenheid op gewone mensen is ontroerend. ‘Hout moet, zei de timmerman’ en daarmee leidde hij zijn nummer over hout in. Zonder hout heb je geen vuur en blijft het dus koud! Mochten er lezers geïnteresseerd zijn, Lohues treed nog vele keren op met zijn kompanen Guus en Bernard. Een prachtig nummer uit 2008 is te vinden op YouTube; “Angst is mar veur eben, spiet is veur altied”. Voor de liefhebbers van orgelmuziek ook de volgende bijdrage.