slavernij / 12 years a slave
De eerste keer dat ik een bioscoopzaal van binnen zag, was in 1976 in Amersfoort, samen met mijn zus. Van huis uit was de bioscoop verboden gebied. Eén van de argumenten was: ‘stel je voor dat Jezus terugkomt, en jij zit in de bioscoop…’ . Ik kan me nog herinneren, dat ik het best opwindend vond, ook al was ik inmiddels 19. Trouwens, we gingen naar de film die Fons Rademakers gemaakt had naar aanleiding van de Max Havelaar van Multatuli. In die dagen een spraakmakende film over koloniale misstanden in de tweede helft van de 19e eeuw in Indonesië (voormalig Nederlands-Indië). Bijna 40 jaar later ben ik wel wat filmervaringen rijker, alhoewel ik geen fervent bioscoopbezoeker ben. Meestal is het een aansprekende recensie die maakt een kaartje te kopen. Toen ik terugreed langs Amstel, na het bekijken van “12 years a sleve” spookte hoofdrolspeler Peter Faber van de Max Havelaar film door mijn hoofd. Daarmee kwam opeens ook die bioscoop in Amersfoort weer in gedachten. Een vreemde gedachtenkronkel misschien…
De met Oscars bekroonde film die ik met mijn zoon bezocht bracht me dus haast als vanzelf terug bij het koloniale verleden van Nederland. Maar dat laatste eerst maar even terzijde. “12 years a slave” is een film die je compleet door elkaar schudt en beslist niet onbewogen kan laten. Ik kan me nog herinneren dat destijds in Amersfoort mensen zo geraakt waren dat hun gesnik duidelijk hoorbaar was. Inmiddels zijn we wel wat gewend in films, maar ook nu werd het in Pathe de Munt heel erg stil. De film is gebaseerd op het gelijknamige boek dat in Amerika in 1853 verscheen. Nu de film overal in Nederlandse bioscopen vertoond wordt is er voor het eerst een Nederlandse vertaling verschenen. Een schokkend relaas, zo mag je het best noemen. Schokkend omdat het laat zien hoe indertijd het systeem van slavernij diep geworteld was in een samenleving die beweerde ‘vrijheid’ hoog in het vaandel te hebben. Steve McQueen heeft het verhaal dicht op de huid gefilmd. Je wordt bijna vermalen tussen de schoepen van de raderboot op de Mississippi en je voelt de pijn van de ijzeren kettingen en de zweepslagen onder je eigen huid kruipen. Tegelijkertijd zet het je aan het denken over goed en kwaad en alles wat daar tussen zit. Hoe zou ik zelf gehandeld hebben met een geweer op het hoofd gericht en een zweep in de handen geduwd? Solomon Northup heeft, eenmaal terug in vrijheid, niet kunnen zwijgen. Daarmee ook zijn eigen handelen tegen het licht gehouden en de toenmalige samenleving aan het denken gezet. Gaat dat zien!
Op ons leesclubje hebben we het afgelopen jaar, min of meer toch toevallig, het thema slavernij in verschillende boeken voorbij zien komen. Dat was met “Een keukenmeidenroman” van Katryn Stockett een goed begin, maar het speelde nog ver weg in Amerika. Eind vorig jaar bespraken we “De zwarte met het witte hart” van Arthur Japin. Toen kwam het al dichterbij. Twee jonge zwarte prinsen meegenomen naar Holland als een soort onderpand. Japin schets het leven van Akwasi en Kwame in Delft op meesterlijke wijze. Volwassen geworden gaan de twee neven elk hun eigen weg. De een wordt uiteindelijk mijnbouwkundig ingenieur in Nederlands-Indië en de ander gaat terug naar Ghana. Een donkere pagina uit de vaderlandse geschiedenis wordt door Japin mooi ingekleurd. Onze voorouders bedoelden het misschien o zo goed, maar wat gingen ze voorbij aan de kern van het evangelie terwijl ze ’s zondags toch keurig ter kerke gingen. Afgelopen januari bespraken we de inmiddels ook verfilmde roman van Cynthia Mc Leod over de slavernij in onze voormalige kolonie Suriname. Hoewel als hoogstaande literatuur misschien wat minder geslaagd, is deze roman wel een inkijk in het slavernij verleden van de Hollandse kooplieden in de 19e eeuw. Liefde, overspel en ook moord; het komt allemaal voorbij. En opnieuw krijg je een plaatsvervangend schuldgevoel wanneer je bedenkt dat in die tijd een gedeelte van onze economie alleen kon bestaan dankzij de slavenhandel. Het zou de blanke Nederlander sieren wanneer hij in de omgang met Surinamers en Antillianen daar ook rekening mee hield. Onze schuld houdt niet op bij het zelfstandig worden van die landen met achterlating van een stapel miljoenen.