Politiek is ook niet alles…
Vriend H. uit Betondorp condoleerde mij met het overlijden van Kars Veling, de eerste lijsttrekker van de ChristenUnie. Zoals vaker kwamen we elkaar tegen aan de leestafel van de bibliotheek. In de voor hem liggende stapel kranten had hij een mooi geschreven In Memoriam gelezen. Kende je hem? Jazeker kende ik meneer Veling, al heel lang. Lang geleden, aan het eind van mijn HAVO periode op het Gereformeerd Lyceum in Groningen, gingen we op kamp naar Terschelling. Aanvoerder was meneer Geertsema, leraar economie, hij ‘woonde’ elke vakantie op Terschelling. Ook Veling ging mee als begeleider naar het mooie Waddeneiland. Bij de avondwandeling ging wiskundeleraar Veling niet mee, want hij moest studeren voor zijn wijsbegeertestudie. Eén van de leukste onderdelen van het kamp die ik mij nog goed kan herinneren was de avond dat Piet Hek ons kwam vertellen over de geschiedenis van Schylge (spreek uit als skiel-ge), jutten en natuurlijk ook over cranberry’s. De rasechte Terschellinger lardeerde zijn verhaal zo nu en dan met een flinke vloek en dat schrok meneer Geertsema even op, maar meneer Veling verblikte of verbloosde niet. Alhoewel ik geen wiskunde kreeg van Veling, was hij tijdens het kamp een man die rust en vriendelijkheid uitstraalde. Dat kamp was trouwens ook mijn eerste kennismaking met Bob Dylan, maar dat terzijde. Veling bleef niet lang in Groningen, maar vertrok al snel naar Zwolle.
Twee jaar geleden leerde ik Kars Veling wat beter kennen, dat was op de synode van Zoetermeer. Op deze synode viel het definitieve besluit voor het samengaan van de binnen en buitenverbanders, waaruit de huidige NGK ontstond. Veling was daar de man van de samenwerking, steeds weer zoeken naar oplossingen en heftige discussies vermijdend.
Een integer politicus is gestorven. Helaas hield hij het in de harde politieke wereld van de Tweede Kamer niet lang vol.
Al pratend over Veling en zijn invloed binnen de de CU, ging het al snel over de bizarre politieke werkelijkheid van vandaag, zoals de overlooppolitici. Ik noemde het voorbeeld van Diederik Boomsma en zijn overstap naar JA21, een voor mij volstrekt opportunistische stap. Helaas sloeg toen de vlam min of meer in de pan. Over de aanvoerder van JA21 mocht ik geen kwaad spreken. En Boomsma was toch echt ter goede trouw, want hij nam zijn zetel niet mee. Helaas voor H., vind ik het op dit moment enige kamerlid en fractievoorzitter van JA21, een charlatan. De beste man probeert zich nu te presenteren als hèt alternatief voor de PVV. Een PVV-light, met leden. Oké, niet mijn partij dus. Trouwens ook flink opportunistisch om de dames Nanninga en Coenradie en ook oud CDA-er en oud NSC-er Boomsma op de lijst te zetten.
Het ergste moest echter nog komen, ook tafelgenoot P. ging zich met de discussie bemoeien en een jongeman die zijn koptelefoon ervoor afdeed. P. vertelde dat hij op Eerdmans, laat ik toch één keer zijn naam noemen, had gestemd. Zijn reden deed bij mij de haren ten berge rijzen. “Ik stemde op hem omdat hij in het debat over de helpers van de Nederlandse militairen in Afghanistan, heel duidelijk zei waar het op stond en het ook nog met humor deed. ‘Tja, we kunnen toch niet iedereen toelaten die een eitje heeft gebakken voor onze militairen daar?!’ Dat vond ik zo goed!” Ik heb P. duidelijk gemaakt hoe slecht ik die uitspraak vond en of hij enig idee had, wat er was gebeurd met de Afghanen die voor de Nederlanders hadden gewerkt en in hun land moesten blijven? Geen idee dat de Taliban inmiddels al lang zijn maatregelen heeft getroffen. Tja, dat wist P. helaas niet en na wat heen en weer gediscussieer, moest hij me wel gelijk geven. Ook de jongeman ging mee discussiëren en beklaagde zich over het tekort aan woonruimte. Maar gelukkig legde hij niet zoals vriend H. de schuld bij al die mensen die Nederland ongelimiteerd binnen komen, maar bij het falende kabinetsbeleid in de laatste decennia. Welke partij was het die het ministerie van Volkshuisvesting de nek omdraaide?
In die zelfde biep vond ik op de ‘pas verschenen tafel’ het onlangs verschenen pamflet van Mounier Samuel. Een vlammend betoog tegen de verrechtsing van ons land. Terecht stelt hij allerlei misstanden aan de kaak en laat zien dat er ondanks al het rechtse gebral en het populisme, juist ook hoop is. Maar helaas zijn het wel de kiezers die politici kiezen, dat laatste kan ook Mounier niet veranderen. P. wist het na de fikse discussie en de afgang van JA21 ook niet meer. Waar zou ik dan op moeten stemmen? Deze vraag is relevant en dat gaf ik ook terug.
Wat mij betreft; stem op partijen en vertegenwoordigers daarvan, die oog hebben voor de zwaksten in de samenleving. Oog voor de ongedocumenteerden, zinnige oplossingen aandragen voor het opvangen van echte vluchtelingen. Stem op politici die die niet van de hypes zijn en een consistent beleid nastreven. Stem op politici die ook hun fouten durven toegeven en soms ook kunnen uitleggen waarom ze van standpunt veranderen. Stem op politici die oog hebben voor het leed van Oekraïners Palestijnen, Israëliërs, Joodse medelanders, Oeigoeren, maar ook oog voor de slachtoffers in Soedan, de onderdrukten in Myanmar en China. Kies niet voor de populist, maar voor de politicus die met een echt weerwoord komen. Kies voor politici van een ledenpartij, en kijk niet alleen naar de soundbites in het Journaal of de legio praatprogramma’s op tv. Kijk eens een heel debat op NPO Politiek. Verdiep je in verkiezingsprgramma’s en lees meer dan één krant.
Ooit zei iemand, kies in ieder geval een politicus, die je met een goed gevoel op je huis laat passen als jij drie weken op vakantie gaat. Waarvan akte!
Geef een reactie