Maand: december 2017

Blinde vlekken… van 2017 naar 2018

Afgelopen zondag preekte de dominee van de Noorderkerk aan de Prinsengracht, Paul Visser, bij ons in de OPK. Hij vond het heel bijzonder om voor de eerste keer echt voor te gaan in een ‘vrijgemaakte’ kerk. “Het is heel goed dat dit gebeurt!”, zei hij vooraf in de consistorie. Het werd een soort kerst-oudejaarspreek over Openbaring 21; “Zie, ik maak aller dingen nieuw!” Als mensen zijn we zo bezig om ons leven te verbeteren, om nog meer spullen om ons heen te vergaren, nog harder werken voor vrede… Maar ondertussen gaat het nog zo vaak mis, maar dan en daar begint God juist. Het liep mis in ons eigen hart, wat trouwens tussen je oren zit volgens dominee Visser. “Maar”, zegt God tegen ons, vanuit dat bijbelboek Openbaring: “Ik ben bezig alle dingen nieuw te maken bij jou. In Christus mag je beseffen, God heeft met mij iets gedaan!” Dat relativeert heel veel, je eigen fouten, je gebreken en je gekkigheden…”

“Zoooo… opa is sterk hè!”

Ik moest mijn aantekeningen er nog eens rustig op na lezen, nog eens weer een hele poos voor de spiegel gaan staan. Weten dat je geliefd bent, maar dan ook langzaam gaan beseffen dat het niet een zoethoudertje is, om jezelf maar een beetje in balans te houden. Wanneer je echt in de spiegel kijkt, besef je ook dat het tussen je oren begint (omdat daar je hart is), maar dat het tegelijkertijd compleet genade is. Alleen dan kunnen we verder, ook met ons verdriet om Harm, het gemis en alles wat daar bij hoort. Hoe vaak heeft ons dat ook de afgelopen weken niet weer door het hoofd gespeeld. Elke keer als ik zijn foto zie staan en in mijn hoofd nog zijn stem hoor, wanneer je vrienden van Harm spreekt. Dan kan het je zo maar naar de strot grijpen en branden er tranen achter je ogen. En tegelijkertijd koesteren we de mooie momenten en herinneringen. Ook als 31 december straks voorbij is en de vuurwerkdampen zijn opgetrokken zal het gemis en verdriet niet voorbij zijn. Zo vergaat het ons en zo veel anderen die een geliefde moeten missen.

Radio, tv en ook de kranten, ze staan deze dagen bol van het terugblikken en vooruitkijken. De bekende doden worden nog eens breed herdacht, rampen en aanslagen worden in herinnering gehaald. En zoals het velen zal vergaan, overdenk je ook eigen persoonlijke gang door een jaar. De mooie dingen, maar ook de zaken waar je liever niet meer aan herinnerd wilt worden. Dat wanneer je voor de spiegel staat je als het ware opnieuw het schaamrood ziet opkomen. Waar zouden onze ‘blinde vlekken’ het afgelopen hebben gezeten? Vorige week, dus alweer bijna twee weken geleden, was ik in Vriezenveen bezig met het leggen van een mooie houten vloer in het nieuwe huis van onze dochter en haar gezin. Prachtig werd het! Maar toch overheerste de pijn op een zeker moment, in mijn knieën.  Al kruipend over de vloer en iedere keer weer overeind komen, toen ik uiteindelijk terugreed had ik een blaar op op mijn linkerknie zitten. Achteraf verdween een beetje de vreugde over de prachtige vloer en het mooie resultaat en dat de oudste kleinkinderen trots waren op hun opa. Een ‘blinde vlek’ was zomaar geboren.
Zo gaat het maar al te vaak, de mooie en feestelijke dingen worden zomaar weer overschaduwd door het vervelende en de rauwe werkelijkheid. Op zo’n moment is het de kunst om het eerlijk naast elkaar te zetten en de lelijke blaar maar even te vergeten. Of andere mensen kunnen zo maar af doen, we gaan ze negeren en willen ook geen meningen meer met ze uitwisselen. Argumenten doen er niet meer toe en onze ‘blinde vlek’ wordt in onze eigen ogen een ‘heldere ster’. In je eigen huis kan het zo gaan, in je familie en ook in je buurt en straat en in het groot gaat het ook vaak zo. We voegen er een hashtag aan toe en zenden het de wijde wereld in. Ook in de kerk gaat het soms zo maar op die manier. We willen allemaal zo graag leven zoals Jezus het ons verteld heeft en voorgeleefd. We willen zo graag, maar hoe vaak breekt het ons niet bij de hand af? En hoe vaak beseffen we dat niet eens en en zien we zelfs achteraf de blinde vlekken niet, ook al zetten anderen er grote schijnwerpers op!  Dat is onze plaatselijke gemeente zo, maar ook in het verband van kerken waar we in leven. De GKv waar de OPK bij hoort veranderde afgelopen jaar op de synode zijn standpunt over ‘de vrouw in het ambt’. Eigenlijk was de discussie al voorbij voordat we er erg in hadden. Maar hoe voelden al die zusters en broeders zich, die al jaren met steekhoudende argumenten dit bepleit hadden? Hoevelen zijn er niet verketterd om dit standpunt? Kregen ze achteraf nog een excuus? Onze GKv is trouwens toch al niet zo goed in het aanbieden van excuses, in de eenwording met de NGK worden die ook nog niet echt van harte gegeven.

Blinde vlekken, we hebben er vele vandaag de dag. En steeds weer is het een opgaaf om ze te ontdekken, door te lezen, het verleden te bestuderen en heel veel samen in gesprek te gaan. ‘Elkaars nieren proeven’, werd er vroeger wel gezegd.  Donderdagavond zat ik met vriend Marco in zaal 1 van het Eye. Première van de film “THE LONG SEASON”, Marco had via zijn werk twee vrijkaartjes. De film had in november al gedraaid op de IDFA en zelfs twee prijzen gewonnen. Nu draait de film gelukkig in een groot aantal bioscopen, een aanrader! De maker, Leonard Retel Helmrich, heeft een boeiend beeld geschetst van het leven in een vluchtelingenkamp in de Bekavallei (Libanon). Je voelt haast de kou en de blubber wanneer de beelden van het scherm spatten. Schamele plastic tenten als onderkomen en verstoken van de meest elementaire voorzieningen.  En de dagelijkse onrust over hoe het de familie in Raqqa, in handen van IS, vergaat. Korte lontjes, huwelijksperikelen, haat en nijd, maar ook veel liefde; het komt allemaal voorbij. Wat een spiegel houden Helmrich, Huystee en de Syrische Ramia Suleiman ons voor!

Een huis…

Stel je voor dat mijn oudste broer op een dag zijn huis gaat verlaten. Dan verdwijnt er een stuk van onze familiegeschiedenis. Voor zover ik weet is mijn vader er geboren in 1916, maar zeker weten doe ik het niet. Hij heeft er in ieder geval bijna zijn hele leven gewoond. Opgegroeid op de keuterboerderij van zijn ouders Fake en Liebigje, nam hij als vanzelf het bedoeninkje over. Mijn vader trouwde in de oorlog (1942) met mijn moeder en bleven er wonen met de oudelui en kregen er in totaal negen kinderen. Na de oorlog bouwde hij het bedrijfje verder uit. Met de kennis die hij had opgedaan op de landbouwschool begon hij wat tuinbouw, bouwde schuren om kippen te houden en ging ‘loonweken’. Ook kocht hij een paard en verschillende landbouwmachines. Van lieverlee verdween het boerenbedrijf naar de achtergrond en werd de boerderij steeds meer woning en opslagruimte voor de ‘houthandel’. Toen ik tien jaar was, hadden we nog ongeveer vijftien koeien en heb ik zelfs melken geleerd!
Zo’n verhaal zou in vele hoofdstukken een boeiende inkijk geven in het huis en zijn bewoners door de afgelopen honderd jaar. De Engelse schrijver Thomas Harding heeft zo’n boek geschreven over het zomerhuis van zijn familie. Het zomerhuis werd ooit gebouwd door zijn overgrootvader Alfred Alexander aan een meer buiten Berlijn. In de weekenden en zomers reed het gezin Alexander naar hun zomerhuis en genoten dan van de landelijke rust en de schone lucht. Een boeiende familiegeschiedenis komt tot leven. De Joodse familie Alexander weet net op tijd te ontvluchten om zo te ontkomen aan de gaskamers van Hitler en zijn trawanten. Het huis aan het meer blijft leeg achter, maar wordt al snel daar de nazi’s onteigend en zo komt het dat er achtereenvolgens nog vier families in het huis komen te wonen. Door de Koude Oorlog komt het huis in DDR-gebied te liggen, verstopt achter de Muur. Pas wanneer de Muur gevallen is, keert op een dag de oma van Thomas naar het ‘zomerhuis’ terug. In de zomer van 2013 gaat de schrijver het huis weer opzoeken. Het is verlaten en vervallen en niemand weet eigenlijk wie nog de eigenaar is. Uiteindelijk gaat Harding met behulp van de plaatselijke bevolking het huis opknappen.
Een knap geschreven boek, dat ook een mooi een overzicht geeft van honderd jaar Duitse geschiedenis. Het bijzondere is trouwens dat de geschiedenis doorgaat. Harding vertelt dat hij op een dag een bordje op het zomerhuis mag spijkeren: ‘Denkmal’. Het dak is inmiddels gerestaureerd en er zijn plannen om ook de rest aan te pakken. Op de site https://alexanderhaus.org/ is heel veel informatie te vinden, fotoreportages, oude filmpjes en ook de toekomstplannen.

Men kent en vindt ………

Afgelopen zaterdag reed ik langs de plek waar Veerkracht heeft gestaan. De parkeerplaatsen waren vol, maar op het trottoir bij het toegangshek was gelukkig nog een plekje. Toch even kijken, schoot door mijn hoofd. De plek en het weer waren beide droevig, een grote kale vlakte met alleen nog de platanen, die we ooit met actiegeld lieten planten. De platanen zijn al jaren niet meer onderhouden en maken het nog triester nu ze bladloos zijn. Net als de vorige keer toen ik hier was, speelt een psalmregel door mijn hoofd, “Men kent en vindt haar standplaats zelfs niet meer…”. Een regel uit psalm 103. Geen idee eigenlijk of deze psalm is te linken aan een gebouw dat is afgebroken en dat sentimentele gevoelens oproept. In de psalm gaat het over een bloem op het veld, die verdort en troosteloos knakt en uiteindelijk verrot. Geldt dat ook voor een schoolgebouw?
Een oud-collega vertelde me na de zomer dat afgelopen november de eerste paal zou worden geslagen, maar er steekt nergens iets boven de grond uit, die eerste paal moet dus nog. Na de tussenstop was op ik het verjaardagsfeestje van een andere oud-collega en hoorde ik dat de ‘achterburen’ geprotesteerd hebben tegen de herbouwplannen van de school. Het plein komt heel anders te liggen, dus verschillende buren zullen de spelende leerlingen gelijk achter hun hek hebben. Maar of dat nu zo erg is? Wanneer ze uit hun voorraam kijken zien ze alleen maar auto’s voortrazen over de Haarlemmerweg. Nooit gemerkt dat daar tegen werd geprotesteerd. Ik denk dat een beter argument zou kunnen zijn, dat je een schoolgebouw niet zo dicht bij een drukke verkeersader moet bouwen. Denk maar eens aan de hoeveelheid fijnstof die daar dagelijks neerdwarrelt! En ook de aan en af vliegroutes van Schiphol laten ook hun nog vervelender fijnstof over Amsterdam-West neerdwarrelen.
Een aantal straten in de buurt waar de school stond, zijn inmiddels op de schop gegaan. De kleine bejaardenwoninkjes die naast de school stonden hebben het ook al niet overleefd. Een lelijke 21e eeuwse architectuur heeft de plaats ingenomen en de mooie brede groenstroken staan vol beton. Zoals op veel plaatsen in tuinstad Slotermeer is ‘verdichtingsbouw’ tegenwoordig nog steeds in zwang. Ooit kregen we rondleidingen door het groen van de tuinstad, maar helaas verdwijnt er steeds. Cornelis van Eesteren, een van de bekendste architecten van de tuinsteden heeft het ooit zo mooi ontworpen en gelukkig maar is daar nog steeds aandacht voor. Er is een van Eesteren Museum en Suzanne Jansen (van het Pauperparadijs) schrijft erover in haar nieuwe boek.

In die psalm 103 komen trouwens de volgende beloftevolle regels voor:
Maar ’s Heeren gunst zal over die Hem vrezen,
In eeuwigheid altoos dezelfde wezen

Da’s raar….. | In memoriam Harm 1982 – 2016 (69)

Harm had me ongetwijfeld kunnen uitleggen waarom ik het opeens op mijn iPhone zag voorbijkomen. “Harm Wimmenhove heeft de groep verlaten”. Hoezo? Wat? Uuuuuuh……? De groep verlaten? Hij is er zelfs niet meer… Erg maf dus als je dit opeens leest. Coos gooide de vraag naar het waarom natuurlijk gelijk in de Wimmenhove-app. Wie heeft Harm er uit gegooid? Tja, niemand natuurlijk, uit een app-groep gaan doet de persoon meestal zelf toch? Wie had hier de hand in? Uiteindelijk bleek het een automatisme te zijn van de provider. Vorig jaar hebben we Harms nummer natuurlijk laten blokkeren, maar we hebben hem niet uit onze Wimmenhove-app gezet, het nummer stond nog wel op zijn naam. Voor ons gevoel hoorde hij er nog zo bij, het was ook nog zo vertrouwd om zijn naam bovenaan in de gezins-app voorbij te zien komen. Na zoveel dagen geen-gebruik, logisch, wordt zo’n nummer ook uit de app gehaald. Een gekke confrontatie, die toch ook weer voor tranen zorgde.

Want ook nu het hele gebeuren al veel meer dan een jaar achter ons ligt, missen we Harm nog elke dag. En ook dat laatste is tegelijkertijd heel dubbel. Onze oudste dochter gaat met haar gezin verhuizen. We reden na flink wat sloopwerk terug naar huis, we misten Harm. “Had ie vast heel leuk gevonden om mee te helpen”, zeiden we. Tegelijkertijd beseften we ons, dat hij vaak zo druk was met vrienden, afspraken en zijn lief, dat zijn weekend zo vol gepland was, dat hij het vast leuk had gevonden, maar niet gekund had.
Mijn tuinschuurtje begint te vorderen. “Harm had het vast leuk gevonden om mee te helpen bouwen!”, we konden het niet laten om het op een dag tegen elkaar te zeggen. Ja, leuk gevonden wel, maar had hij er tijd voor gehad? Dezelfde vraag en ook hier sloeg de nuchterheid toe. “Nou”, zeiden we, “hij had in ieder geval aan de balken willen hangen, gewoon omdat dat kon!” Met een lach en een traan bouw ik daarom, zodra het droog is, weer verder aan mijn schuurtje. In de zomer van 2015 waren we als gezin samen in een vakantiepark tussen Aalten en Winterswijk, 35 jaar getrouwd. Op zaterdagmiddag hebben we toen een ‘mannenuitstapje’ gemaakt naar een echte ouderwetse houtzagerij en Gerbert Oonk leidde ons vol trots rond. Aan het eind vertelde ik hem over het ’tuinhuisje’ dat ik mijn hoofd gebouwd had met gebinten. “Valt te regeln (we waren in de Achterhoek)”, was het antwoord. Het duurde even voordat de tekening was goedgekeurd en de offerte eindelijk in mijn mailbox zat. En toen kwam 14 september 2016 ertussen en bleef het er voorlopig bij. Gelukkig is het er nu toch van gekomen, echte gebinten van eikenhout en met pen en gat in elkaar gezet. Geen spijker kwam er de eerste ‘bouwdag’ aan te pas! En al is het dan straks maar een simpel schuurtje voor het opbergen van de tuinspullen, het verhaal zullen we mee blijven nemen. Wilt u ook iets met gebinten, kijk dan op: www.gebinten.nl. Prachtig vakwerk, met liefde voor hout en geschiedenis! Wanneer het schuurtje gereed is zal ik een paar mooie foto’s publiceren.

Kyrie eleison