“Jullie hebben een sterfgeval hej…” | In memoriam Harm 1982 – 2016 (11)

1997-vakantie-vrpo-10Maandag 26 september, we rijden naar Domburg in Zeeland. Lieve vrienden hebben ons uitgenodigd om een paar dagen even andere lucht op te snuiven. Ze waren er toch en we konden zo inschuiven. We laten het maar even gebeuren, ook al slapen we misschien liever in ons eigen bed. ’s Middags waaien we uit aan het strand en staan boven op het duin van Domburg stil bij de Piet Mondriaanbank. “Dit is geen bank voor conversatie Eer een Gerecht in meditatie”. Op de in Mondriaankleuren geschilderde bank zit een bronzen vrouw te staren over de zee. Uren wil ik naast haar zitten, de zon zien ondergaan, huilen en de leegte om het verlies van Harm voelen. ’s Avonds zitten we nog lang na te praten over Harm, de begrafenisdag en het feest van onze vrienden. De vuurtoren van Westkapelle zwiept met rustige regelmaat zijn licht bij ons door de ramen.
Het is vertrouwd als in de kinderjaren van onze kinderen. In de zomer van 1988 gingen we voor het eerst als gezin naar Walcheren op vakantie. Er zouden nog tien keer volgen. Breezand, hof Christina, Hoogelande en wel zes keer naar de Peppel. Wat een plezier hebben onze kinderen gehad. Vrienden voor het het leven hebben wij er gemaakt. Strandforten, fietstochten, museumbezoeken, uitstapjes naar België.  Maar ook mee met een dropping, georganiseerd door de jongelui van de kerk. Zand tussen mijn tanden bij het eten van de middagboterham, maar de kinderen trokken zich er niets van aan. Harm die steeds meer optrok met andere jongens en meiden van de camping; het is alsof het gisteren gebeurd is. Nooit zal het meer zo zijn. Nooit meer compleet een hoogtijdag vieren als gezin en Harm niet missen. Het wringt van binnen en vragen wellen weer op. Dinsdag doen we met z’n vieren een rondje Walcheren. Rijden buitendijks naar Westkapelle en zien de vuurtoren al groter worden. Via Grijpskerke en de wijk Griffioen van Middelburg belanden we toch in Hoogelande. Dat was 1991, bij de familie Boeije in een schuur, of noem het een caravan. Op de fiets naar Dishoeck of Zoutelande. Het strand werd bij vloed steeds smaller en regelmatig moesten we verhuizen. Een paar weken geleden heeft Harm er uitgebreid over verteld toen hij jhr-den-beerop een bruiloft in Koudekerke was. Ook bij hem kwamen de prachtige herinneringen in veelvoud naar boven. We stappen uit bij het kapelletje en we herinneren ons de uilen die we ’s avonds over de weilanden hoorden en bij de kapel in de bomen zaten. Een paar foto’s als herinnering en opeens staan we bij het graf van Janneke Boeije, overleden in 2013. “Niemand leeft voor zichzelf…” Romeinen 14: 7-9. Je beseft opeens dat Harm dat ook in praktijk heeft gebracht. Al die mailtjes, al die aangestoken kaarsjes, verhalen op kaarten… Harm leefde ook niet voor zichzelf! De man van Janneke werkte bij de wegenwacht en in de zomer dat wij er vakantie hielden krikte hij letterlijk zijn huis op, omdat het scheef zakte en dreigde te scheuren. Mooie herinneringen. In Zoutelande zitten we boven op het duin en genieten van uitzicht, ijs en kibbeling.
Natuurlijk stoppen we in Veere. Hoe vaak zijn we daar ook met de kinderen geweest. In een prachtig pand ‘de Oude Pastorie’ zit een boekhandeltje. De eigenaar troont achter een oud bureau en we kunnen het niet laten om een vriendelijk gesprek aan te knopen. Het blijkt Jonkheer den Beer Poortugeal te zijn, achtenzeventig jaar oud. Hij smeert ons een paar oude boeken aan en belooft, dat hij de volgende keer nog een verrassing heeft. Het bijzondere exemplaar kost normaal honderdveertig euro, maar ik mag het dan meenemen voor veertig euro. Om niet te vergeten deze boekverkoper met ook kaarten, fotopapier en rookartikelen. (warempel nog Agio sigaren!) Later tuffen we rustig over de dijk richting Vrouwenpolder, nog net op tijd kan onze chauffeur de Liebertsweg in schieten. Ter hoogte van hof Christina loopt boer Jan met kruiwagen. Ik vraag de chauffeur te stoppen en we geven Jan door het geopende raam een hand. Herkenning over en weer, net of er geen twintig jaar tussenzit. We praten maar kort, tot Jan zegt: “Jullie hebben een sterfgeval hej..” Uit zijn woorden en ogen spreekt zoveel meeleven. Het prachtige Zeeuwse accent en die paar woorden, ik vergeet het niet meer.

brouwersdamVandaag rijden we terug en laten het Zeeuwse achter ons. Walcheren, het is niet meer als twintig jaar geleden, maar ook weer wel. Herinneringen blijven en staan onuitwisbaar in ons geheugen, ook al hebben we een sterfgeval. In gedachten zie ik Harm weer fietsen op de Veerse Dam, aan tafel zitten bij het pannenkoekenfeest en ook stoer doen met jongens van de Rijke. Bij de Brouwerdsdam stappen we uit, het waait heerlijk. Eerst tegen de wind in lopen, zo deden we dat. We tekenen een hart op het strand. Harm voor altijd in ons hart, maar tegelijkertijd willen we hem terug. Voorbij Rotterdam zeg ik dat het wel lijkt of mijn tranen helemaal op zijn, maar even later schieten mijn ogen toch weer vol. Vanavond belt de familierechercheur, het lijkt of we elkaar al jaren kennen. De samenkomst afgelopen donderdag passeert opnieuw de revue, wat een indruk heeft die gemaakt. Ik beloof hem dat ik zijn correctie zal publiceren. Familierechercheurs vallen niet onder het Amsterdamse politiekorps, maar horen bij de Rijksrecherche. Een landelijke dienst die ook een heel andersoortige leiding heeft dat een plaatselijk politiekorps. Waarvan akte, maar we hebben Harm er niet mee terug.

Kyrie eleison