dag heur… 2

“En daar is dan het boek dat ik zelf had willen schrijven. Nu ja, een boek met een thema waarover ik zelf had willen kunnen schrijven. “ Zo begint de bespreking van ‘Donderdagmiddagdochter’ van Elizabeth Kooman in LITER (christelijk literair tijdschrift) december 2013. De recensie van Kooman laat zien waar het boekje van 155 pagina’s zo sterk in is en ook dat het literair zich kan meten met de vele andere literatuur die niets met het christelijke te maken wil hebben. De stijl waarin Stevo Akkerman schrijft is boeiend, zakelijk, registrerend, maar komt ook heel erg dichtbij. In een interview in het ND geeft de schrijver duidelijk toe, dat het boek over een zoektocht naar zichzelf gaat. Wie ben ik, waar kom ik vandaan en wat heeft gemaakt dat ik ben, wie ik ben. Opgegroeid in de gereformeerd kerk, schrijft Stevo Akkerman uitgebreid over zijn jeugd en opvoeding.

foto Rufus de Vries in het ND van 4.10.2013
Stevo Akkerman in het ND van 4.10.2013 (foto Rufus de Vries)

Het opgroeien binnen die kerk lijkt bepalend voor de rest van zijn leven. Wanneer dochtertje Evy Elise na de geboorte overlijdt omdat ze geen nieren heeft, zet dat zijn leven en ook dat van zijn vrouw op z’n kop. Mede daarom gaat hij op zoek naar zijn geschiedenis en wat voor invloed dat heeft op zijn omgaan met verlies. Akkerman beschrijft dat vervolgens op een bijzonder eerlijke en vaak ook ontroerende manier, waarin hij zeker zichzelf niet spaart.
Wat Stevo Akkerman schrijft over zijn opvoeding en kerkelijke cultuur waarin hij opgroeit, is naar mijn idee zeer herkenbaar voor verschillende generaties gereformeerd-vrijgemaakten. In meerdere of mindere mate kunnen zij het zo aanvullen met verhalen uit de jaren zestig en zeventig en tachtig. Ik herken veel uit mijn eigen verleden en toen ik mijn schoonfamilie leerde kennen, leerde ik het zelfs het kwadraat van gereformeerd zijn kennen. Ik herken het ook uit de verhalen die we uitwisselden op het lyceum in Groningen, daaruit donderdagmiddagdochterkwam hetzelfde beeld naar voren. Voor velen uit mijn generatie is het dus een herkenbaar verhaal en datzelfde geldt denk ik ook voor veel veertigers en misschien ook nog wel dertigers. Door het lezen en herlezen wordt je geconfronteerd met je verleden en ook hoe je dat vandaag vorm geeft. Wat was dat bij mijn ouders? Waarom deden ze, zoals ze deden? Ik weet zeker dat er veel geloof was, binnengehouden geloof weliswaar, maar veel geloof. Vaak leek het hart niet aan bod te komen. Alles was gegoten in duidelijke afspraken en regels, keurig verstandelijk beredeneerd. Dat maakte het kerkelijk leven overzichtelijk en ook gemakkelijk. Wanneer er van de regels werd afgeweken, werd dat daardoor ook gelijk onderwerp van discussie en soms nog weer stelliger stellingnames. En wat Gezinsblad en Reformatie vervolgens zeiden, was dan de ultieme waarheid. Bij jonge mensen heeft dat veel angst gegeven. De alomtegenwoordige God, die alles ziet, weet je altijd te vinden. Doe ik het goed? Kan ik het verantwoorden? Kerkelijke regels werden gelijkgesteld met Gods regels.
Door wat voor oorzaken ook, de cultuur in de kerk is inmiddels totaal verandert. Voor veel kerkmensen maakt het dat ingewikkeld. Begrijpelijk, maar het moet ook aan het denken zetten. Niet alleen maar terugdenken aan de jaren in de tweede helft van de vorige eeuw als groots en geweldig. De muren om onze denominatie waren, denk ik, veel te hoog en de ramen veel te vaak potdicht. Daarmee wil ik niets afdoen aan wat kerken hebben laten zien van wat Christus kan beteken in het leven van mensen. ‘Donderdagmiddagdochter’ laat ons in ieder geval in de spiegel kijken. Hoe je het ook wend of keert, je kunt dan niet wegkijken.
Heel veel mensen die opgegroeid zijn in de GKV hebben die kerk inmiddels verlaten. Soms omdat ze het geloof totaal zijn ‘kwijtgeraakt’. Maar ook zijn velen vertrokken naar kerken en gemeenschappen, waar naar hun gevoel geloven met hoofd en hart veel meer in evenwicht is dan binnen de GKV. Heel veel broeders en zusters prikten door de buitenkant heen en zeiden letterlijk gedag. En de kerk zei soms ook maar gewoon ‘dag hoor….’ terug. Verlegen en zich vaak niet bewust van wat de gevolgen zijn van een alleen maar uiterlijk christelijk geloof.
In de bundel VRIJGEMAAKT (zie ‘dag heur 1….’) is dat naar mijn idee ook een terugkerend thema. Als kerken zijn we zo verschrikkelijk veranderd, dat we al vergeten zijn waar het fout ging. Juist van die fouten zouden we moeten willen leren. Niet de ogen sluiten en alleen maar restaureren. In gesprek gaan, er over schrijven, fouten durven toegeven en nog meer in woorden en daden echt discipel van Jezus Christus willen zijn. En wanneer dat betekent dat iemand alleen maar stil op de achterste rij in de kerk wil zitten, mooi!
Ik hoop dat de schrijver Stevo Akkerman opnieuw de rust vind om een boek te schrijven. Wat mij betreft mag dat best over de Vrijmaking gaan.

voorbergPS    In het ND werd melding gemaakt van een discussieavond (29.01) tussen vader en zoon Voorberg. Via een live stream kon je volgen wat er in het gebouw van de GKV van Rouveen plaatsvond. Aangezien Rikko Voorberg mede door onze OPK in Amsterdam-Oost betaald wordt is het interessant om zo iets te volgen. Helaas heb ik de echte discussie niet meer gevolgd, want het was slaapverwekkend om alsmaar naar een een grote groep koffiedrinkende broeders en zusters te zitten kijken. Wel grappig dat je dan opeens de maker van ‘Hemelbestormers’ door het beeld ziet schuiven. In het beeld dat vader en zoon oproepen zit heel veel wat herkenbaar is. Een begin zestiger en een dertiger geven aan waar het volgens hen om wringt in de kerk. In het ND-verslag stond gelukkig ook een verslag van de discussie. Daar kwamen de relevante vragen naar voren. Waar blijven onze jongeren? Lopen de kerken niet leeg? Hoe leef je als christen zo dat anderen er door aan getrokken worden? Rikko deed een prachtig voorstel: meld de GKV van Rouveen bij het gemeentebestuur aan als vrijwilliger! Ik besef ook wel dat eenvoudige en gemakkelijke antwoorden op de gestelde vragen niet bestaan. Maar zowel popup-kerk als gezinnetjeskerk zullen iedere keer weer moeten bedenken en in praktijk brengen, wat het is om dagelijks wedergeboren te worden en Jezus te volgen. Daarnaast hoop ik dat deze interne vrijgemaakte discussies er voor zullen zorgen dat we samen met heel veel andere kerken (denominaties) gaan uitstralen wie de Zoon van God is in het leven van christenen.