Maand: december 2013

P.C. Hooftprijs 2

willem_jan_otten3
Willem Jan Otten

De literair recensent van het Parool die op zaterdagmorgen ons regelmatig doet terugverlangen naar Martin Ros, schrijft afgelopen dinsdag in het Parool over de P.C. Hooftprijs 2014. Als Arie boeken aanprijst op de radio is het alsof hij constant tegen zijn achternaam in moet lopen. Deze keer probeert hij al hijgend, duidelijk te maken dat de jury van de P.C. Hooftprijs er niets van begrepen heeft. Of Willem Jan Otten nu wel of niet terecht de P.C. Hooftprijs verdiend, daar horen we Storm niet over. Wel stort Storm zijn gram uit over de ‘stelligheid’ van Otten. Maar daarbij vergeet Storm dat de door hem bewonderde Richard Dawkins met even veel ‘stelligheid’ spreekt. Vorige prijswinnaars van de P.C.Hooftprijs zoals Henk Hofland, Kees Fens en Hugo Brandt Corstius hadden allemaal zo hun eigen ‘stelligheid’. En of die ‘stelligheid’ nu religieus geladen is, of humanistisch, socialistisch of atheïstisch, het blijven wel ‘stelligheden’ van die verschillende schrijvers. Natuurlijk probeert iemand als Dawkins ons te overtuigen met zijn ideeën, zoals ook de genoemde P.C. Hooftprijswinnaars dat op hun manier deden. Dat Arie Storm niets heeft met de zondeval, Adam en Eva en Jezus van Nazareth, is zijn goed recht. Maar schrijf dan niet de jury het niet heeft begrepen! De jury van de P.C. Hooftprijs 2014 onderkent het vakmanschap van Otten en zijn zoekende schrijven. Vanuit zijn katholieke geloof weet hij wat hij aantreft in de wereld, maar dat denkt Arie Storm vanuit zijn niet-geloven toch net zo goed te weten. Willem Jan Otten weet daarbij zijn gelovige bril heel vaak af te zetten en zet de lezer aan het denken over diepgravende levensvragen. Het zou te wensen zijn dat Arie Storm zijn bril met aversie tegen het christelijk geloof ook weet af te zetten, wanneer hij schrijft over een denker en schrijver als Willem Jan Otten. Storm moet toch nog maar eens de bundel “Onze Lieve Vrouwe van de Schemering’ ter hand nemen en dan de hoofdstuktitel “Ik bevind mij in wat ik zoek” overdenken. (gepubliceerd in het Parool bij de rubriek INGEZONDEN)

willen jan otten – pc hooftprijs

willem-jan-otten- woldhekVandaag, 16 december 2013 is een mooie dag voor de Nederlandse literatuur. Willen Jan Otten krijgt de PC Hooftprijs, in het bijzonder voor zijn essays. Schrijver Willem Jan Otten steekt in zijn schrijven niet onder stoelen en banken dat hij bekeerd is tot het christelijk geloof. Toch schreeuwt hij het niet van de daken, maar probeert mensen juist aan het denken te zetten. Zijn thema’s; schuld, schaamte en vergeving staan in het perspectief dat er een schepper is die zich openbaart in Het Woord. Het Woord dat levend werd en wordt in Jezus Christus. In zijn poëzie, proza en in het bijzonder in zijn essays is Otten op een onderzoekende manier bezig om nieuwe en onontdekte terreinen te betreden.

Jaren geleden las ik de roman “Specht en zoon”. Een intrigerend verhaal over een schilder en eeb zoon, verteld vanuit het schilderslinnen. Vorig jaar verscheen zijn epische gedicht “De vlek”. Inmiddels heb ik het verschillende keren gelezen en iedere keer ontdek ik weer nieuwe diepere inzichten. Zijn lezing over “De vlek” die ik bijwoonde, was uiteindelijk een uitgebreid essay. Dat laatste gold ook voor zijn lezingen onder het thema ‘rite du cinema’. Bijzondere films werden door Otten voorzien van commentaar en duiding. Ook hier weer zijn geloof niet wegmoffelend. Vanmiddag werd Otten geïnterviewd bij ‘Dit is de dag’, een EO programma. Hij vertelde dat hij het prijzengeld goed kan gebruiken om zijn nieuwe roman af te schrijven. Geweldig vind ik dat. Over zijn nieuwe roman wilde hij alleen loslaten dat het te lezen moet zijn vanaf ongeveer 11 jaar. Als schoolmeester doet me dat bijzonder goed. Kinderen aan het eind van de basisschool verdienen het om prachtige literatuur te lezen.

Aquasi Boachi, de zwarte met het witte hart

aquasi boachiOp de website van Le Baroque pralines in Kuurne (aan de E17 richting Lille) is een keur aan chocola te vinden. Daarnaast verkopen ze ook allerlei producten die met chocola en banket te maken hebben. Bijzonder is dat men een borstbeeld verkoopt van Aquasi Boachi. Het is een ijzeren beeld, kreeg ik bij navraag te horen en is voor € 179 te koop. Verdere navraag leverde niet veel meer op en ik werd doorverwezen naar een Nederlandse firma; Zandbergen Decoraties in Noordwijkerhout. Marianne van deze Baroque International wil of kan me ook niet wijzer maken dan de korte mededeling dat zulke decoraties uit het Verre Oosten komen en nagemaakt worden van foto’s uit antiekbladen. Graag zou ik dat blad dan wel eens willen zien, ergens moet er dan toch een origineel zijn. Maar Marianne weet niet meer te vertellen, wel krijg ik de vriendelijke groeten, best regards, cordialement en ook nog Herzliche Grüßen. Al met al een raadselachtig verhaal. Hoe komt de buste van een Afrikaanse prins in een Belgische pralinewinkel terecht…

Aquasi_Boachi_with_his_children
Aquasi Boachi in 1900 met twee van zijn kinderen

Gelukkig blinkt het bijschrift op de site Le Baroque in Kuurne uit in beknoptheid en goed weergeven van de historische feiten. Op de leesclub hebben we het boeiende boek van Arthur Japin over Kwasi gelezen. De schrijver neemt in “De zwarte met het witte hart” hier en daar wel een loopje met de historische feiten. Nadat hij zich uitgebreid had ingelezen in Kwasi  en Kwame schreef hij een roman en veroorloofde zich de daarbij behorende vrijheden. Dat maakt het niet minder boeiend, eerder het tegenovergestelde. Het leven van Kwasi en Kwame wordt op een prachtige manier beschreven. In 1997 verscheen de roman van Japin, inmiddels zijn we vele drukken verder in 2013. Het meeslepende verhaal over de twee Ashanti prinsen (uit het huidige Ghana) brengt op een geweldige en ook ontroerende wijze de verschrikkelijke geschiedenis van de Nederlandse betrokkenheid bij de slavenhandel heel dichtbij. Achteraf schamen heeft niet veel zin, maar je krijgt wel een plaatsvervangende schaamte over je bij het lezen. De discussie over Zwarte Piet komt wel degelijk in een ander daglicht te staan. Zeker wanneer je beseft dat de mythevorming rond Sinterklaas en Zwarte Piet ontstond in de tijd dat Kwasi en Kwame in Delft studeerden. Vervolgens laat de roman van Japin goed zien wat het betekent wanneer je als mens opeens in een volstrekt andere cultuur terecht komt. De psychologie hierover zie je terug in de levens van Kwasi en Kwame. Kwame gaat aan alle ellende ten onder en pleegt uiteindelijk zelfmoord in fort Elmina (rond 1850), terwijl Kwasi als mijnbouwingenieur naar Indië gaat. Na een veelbewogen leven sterft hij daar in 1904. Japin heeft een boeiende roman geschreven die ook 17 jaar na verschijnen en na 27 drukken nog steeds boeit en aanzet tot schaamte en nadenken over een zeer zwarte bladzijde uit de Nederlandse geschiedenis!