Maand: februari 2013

Praag 27 mei 1942

“Spionnen agenten soldaten”, mijn exemplaar heb ik gekocht op 13 maart 1973. In Havo 3 moet ik toen hebben gezeten. Ik weet dat ik er voor gespaard heb en uiteindelijk kon kopen bij boekhandel Slingerberg in Hoogeveen. De aanleiding was denk ik, het verhaal dat ik gelezen had over Het Rode Orkest en Het Engelandspiel. Intrigerende en spannende spionageverhalen uit Wereldoorlog II. Janusz Piekalkiewicz had over 27 van die verhalen films gemaakt, documentaires. Het boek “Spionnen agenten soldaten” is daar de weerslag van. Via Wikipedia kom je er achter dat Janusz Piekalkiewicz een Poolse historicus is geweest die leefde van 1925 tot 1988. Op zijn zeventiende werd hij al militair in het Poolse verzetsleger en hij deed mee aan de beroemde opstand van Warschau (augustus 1944). Op de Duitse Wikipedia volgt dan: ’und verbrachte den Rest des Krieges im „Arbeitserziehungslager“ Großbeeren bei Berlin’. Na de oorlog heeft hij het er niet bij laten zitten. Vele boeken schreef hij over WOII, een indrukwekkend oeuvre. Zijn boeken hebben een documentair karakter, het gaat om gebeurtenissen, data, hoeveelheden en de gevolgen daarvan. Veel foto’s van hoofdrolspelers en natuurlijk ook heel veel kaarten met routes en plattegronden. WOII lag dan ook nog vers in het geheugen. Deze documentaire boeken, met ook veel verhalen van ooggetuigen hebben een zeer nuttige functie. Ze hebben ingrijpende gebeurtenissen voor een breed publiek toegankelijk gemaakt en ze ook levend gehouden. Hoofdstuk voor hoofdstuk heb ik indertijd gelezen. Zo kwam ook ik in aanraking met Gabčik en Kubiš.

Het zevende hoofdstuk in “Spionnen agenten soldaten” heeft de titel: Praag 27 mei 1942. De laatste tijd zijn daar verschillende boeken over geschreven. Het boek “HhhH” (verschenen in 2010) van Laurent Binet gaat ook over deze gebeurtenis. Binet is geboren in Parijs, in 1972. Ver na de oorlog dus en Piekalkiewicz had zijn documentaire over die dag in mei al lang voltooid. Door zijn dienstijd in Slowakije is zijn interesse gewekt in alles wat met deze datum heeft te maken. Zijn boek vertelt het verhaal over Reinhard Heydrich, SS-Obergruppenführer en een soort alleenheerser over Bohemen en Moravië. Heydrich is het toppunt van wreedheid en gewetenloosheid. Vanuit Londen worden dan ook plannen beraamd, door de regering in ballingschap, om hem te liquideren. Gabčik en Kubiš, twee gevluchte soldaten worden daarvoor aangewezen. In korte hoofdstukken weet Binet ons mee te slepen in het verhaal. Tussendoor echter ook de twijfel of hij wel de juiste toon weet te treffen en of hij wel het juiste verhaal vertelt. Was de auto van Heydrich nu groen of zwart? Dat lijkt een totaal zinloze vraag natuurlijk. Maar Binet trekt hem door naar wat mensen gezegd of gedacht hebben. De schrijver laat ook de vragen die je kunt stellen over het nut van de aanslag op Heydrich, niet onvermeld. Vervolgens constateert hij echter ook dat je de vraag welt kunt stellen, maar dat een antwoord geven geen zin heeft. Wanneer je iets wilt begrijpen van het duivelse in het nazisme is ‘HhhH’ een overtuigende inkijk. Ook de zijpaden die er deze bijzondere roman zitten, helpen er aan mee om je te verbijsteren over de ontzettende gruwelijkheden in WOII. Een bijzonder boek dus, geschreven door een man die al een paar generaties afstaat van WOII. Zo’n afstand maakt ook dat je er heel anders tegen aan kijkt. Het is geen documentaire beschrijving meer, maar het laat veel meer zien van wat mensen ten diepste dreef en bezighield.

Dat viel me ook op toen ik ‘Het familieportret’ van Jenna Blum las. Ook weer een roman over de gruwelijkheden van het nazitijdperk. In deze roman vanuit het gezichtspunt van een jonge vrouw in de Duitse stad Weimar (Thüringen) speelt vooral de vraag van schuld en boete een grote rol. Het laat de andere kant zien, van de Duitse burger die klem zat tussen overleven of slachtoffer worden. Ondanks de soms wel wat erg bedachte wendingen geeft de Amerikaanse schrijfster een indringend beeld van wat er met mensen kan gebeuren. Wanneer je het boek dicht slaat dringt de vraag zich op; wat zou je zelf hebben gedaan? Wat zou je er zelf voor over hebben gehad om eten te bemachtigen? Wie zou je wel of niet geholpen hebben? Welke geheimen zou je goed verborgen hebben en geen daglicht meer gunnen?

Voor wie geïnteresseerd is in goede detectives, ik heb daar al een keer eerder over geschreven, moet  in dit verband ook de zeer spannende boeken van Philip Kerr over het Derde Rijk lezen. Kerr schrijft over oud-politieman Günther, die natuurlijk ook een keer terechtkomt in Praag en daar door Heydrich aan het werk wordt gezet. Op een leesclub zou je de discussie kunnen opzetten wat het verschil is tussen deze  boeken, die allemaal handelen over de  zwartste periode in de geschiedenis van Europa. Belangrijk is in ieder geval dat je na het lezen van deze boeken, nooit kunt zeggen, dat je het niet hebt geweten.

1980

De voorzitter van de avond heette Elma Drayer, hooggehakt stapte ze het podium op. Ze introduceerde de spreker en het forum. In haar welkomstwoord refereerde ze aan de abdicatie van koningin Beatrix. Later, zei ze, zult u zeggen, ja toen… Toen was ik op een avond van ForumC in de Rode Hoed (maandag 28 januari 2013). Het was een mooie binnenkomer van de voorzitter. Maar koningin Beatrix kwam die avond niet meer ter sprake. Toch had dat best gekund. Want onder de titel ‘Kerk en st(r)aat’ ging het debat over de vraag of religie maar niet beter achter de voordeur moet verdwijnen. En naar mijn idee heeft de daadkrachtige houding van onze vorstin er de afgelopen decennia voor gezorgd dat we in ons land het pluralisme in redelijke vorm hebben kunnen handhaven. Filosoof Govert Buijs van de Vrije Universiteit en hoofdspreker deze avond, pleitte dan ook om het unitarisme van ons te werpen. „We moeten niet de fout maken om bijvoorbeeld bij de omroepen of in het onderwijs aan de seculiere overtuiging het alleenrecht te geven. Als alle diversiteit verdampt, word je buitengewoon kwetsbaar.” Gelukkig werd de discussie niet op de spits gedreven en hield Boris van der Ham zich aardig gedeisd, alhoewel hij het nog wel aan de stok kreeg met rabbijn Tamarah Benima over het ritueel slachten. Hier stak het unitaristisch denken van de voorzitter van het Humanistisch Verbond toch even de flink de kop op. Daarom was het jammer dat koningin Beatrix niet in het forum zat. Ik denk dat ze een zeer positieve en ook zeer samenbindende bijdrage had kunnen leveren. Wie weet vindt ze het leuk om dat soort zaken op te pakken wanneer ze na 30 april van een welverdiende rust gaat genieten op Drakensteyn.

Het kan niet anders of de komende 30 april wordt een gedenkwaardige dag. Net als 33 jaar geleden. Al weken was het onrustig in de stad. Overal zag je grote witgekalkte leuzen; GEEN WONING – GEEN KRONING. Van de dr. M.B. van ’t Veerschool had klas 3 een uitnodiging gekregen om op de Dam de nieuwe vorstin toe te juichen. Wij voelden ons zeer vereerd natuurlijk. Juf van Veelen zal haar groep er hoogstwaarschijnlijk geestelijk helemaal op voorbereid hebben. Meester Wietsma vond het helemaal te gek. Ondanks alle verontrustende berichten liet hij zich niet van de wijs brengen, we zouden en moesten daar ook bij zijn. De vader van Klaas de Vries waarschuwde, als directeur van het ambulancebedrijf Broeder de Vries had hij inside informatie. Klaas mocht niet mee, je weet maar nooit. Dus zonder klasgenootje Klaas, werden we met een stadsbus we van school opgehaald. Via de Jaap Edenhal in Oost, waar koek, zopie en vlaggetjes werden verstrekt, werden we bij de Dam afgezet. Vlak bij ons stonden nog veel meer kinderen, zoals de klassen 3 van de Joodse en de Japanse school. Vooraan konden we natuurlijk alles prachtig zien. Een indrukwekkend moment toen Juliana met Beatrix het balkon op kwamen. “Zojuist……. zojuist heb ik… “ Ze kon nog net boven het rumoer uitkomen. Ik kan me niet meer herinneren hoelang we nog gebleven zijn. Wel hebben de hele koninklijke familie uit het paleis zien komen. Langzaam liep de stoet onder een baldakijn naar de Nieuwe Kerk. Later ging ik met de bus naar ons eerste huis in de Transvaalbuurt. Die woensdag was het nog lang onrustig in de stad. Gelukkig had ik een kleuren-tv en konden we de rellen op veilige afstand volgen. Twee kinderen van groep 5 haalden later in ieder geval de landelijke pers. Zij waren opgevallen vanwege hun oranje-rode haar. Daar was geen spuitbus aan te pas gekomen gelukkig.
Hoe wonderlijk kan het gaan. Inmiddels zijn krakersrellen bijgezet in documentaires. Koningin Beatrix is uitgegroeid tot een symbool voor Nederland. Helaas steekt het antireligieuze sentiment regelmatig de kop op. Van ‘soevereiniteit in eigen kring’ weet bijna niemand meer. Laten christenen maar gewoon zichzelf blijven en blijven getuigen van de hoop en de genade in Jezus Christus. En laten we maar hopen en bidden dat haar zoon en opvolger op een waardige manier in haar voetsporen treed.