BENOEMINGSBELEID OP GEREFORMEERDE SCHOLEN

Nu het LVGS geen eigen kantoor meer heeft en ook het gereformeerde onderwijs en het aantal ‘schoolbesturen’ inmiddels kleiner dan tien is, komt Jan Westert (de enige LVGS-medewerker die er nog is voor zover ik weet) met een notitie waarin hij pleit voor samenwerking met gelijkgestemden. Daarbij moet dan ook het jaren zo verdedigde benoemingsbeleid op de schop. De voortgezet onderwijs scholen gaan voorop (Rotterdam en Amersfoort) en het primair onderwijs zal er over een paar jaar wel weer achter aan hobbelen.

Een logische stap dat het gebeurt. Maar veel te laat, vind ik. Ooit toen gereformeerde scholen ontstonden, c.q. werden gesticht, is het benoemingsbeleid één van de weeffouten geweest. (Dat is tenminste mijn bescheiden mening) In de jaren 50 van de vorige eeuw was het volstrek logisch, maar toch is het jammer dat het zo gegaan is. Toen de scheuring van 67/70 een feit was ontstonden dan ook verschrikkelijke situaties, waarbij levens van mensen kapot werden gemaakt. Leerkrachten die buitenverband raakten, maar voluit gereformeerd bleven, werden de school uitgezet. Helaas zijn daar nooit excuses voor aangeboden. Ook toen leerkrachten een aantal jaren geleden overgingen naar de nieuw-vrijgemaakten ontstonden dezelfde onsmakelijke situaties.

Gereformeerde scholen zijn een gegeven uit de jaren 50 van de vorige eeuw. Naar mijn idee hadden de schoolbesturen veel eerder moeten inspelen op veranderingen in de ons omringende cultuur, maar ook op die binnen de gereformeerd-vrijgemaakte kerken. Schizofrene situaties zijn daardoor ontstaan. Ik weet uit eigen ervaring hoe graag ik een stagiaire had willen aannemen als personeelslid voor de school in Amsterdam, al bijna 10 jaar geleden. Helaas had ze een evangelische achtergrond. Wel heel goed passend bij de cultuur en kleur van de school, maar helaas…… Discussie was hierover niet mogelijk. Op veel gereformeerde scholen is al jaren een toelatingsbeleid, waarbij leerlingen uit zeer diverse christelijke groepen en kerken en gemeenten inmiddels de school bevolken. Een aantal scholen had zonder deze kinderen niet eens meer bestaan. In Amsterdam is denk ik, nog maar 25% gereformeerd. Op veel meer scholen in het westen is het percentage niet gereformeerden de laatste jaren fors toegenomen. Op zich is dit nog niet zo’n probleem natuurlijk. Iedereen past zich aan. Ouders leggen zich er bij neer, want in ruil voor dit beleid (geen inspraak op bestuursniveau) krijgt men goed christelijk onderwijs. En vaak zelfs wordt vanuit de hoek van de niet-vrijgemaakte ouders gepleit om het zo te houden. Want openstelling van het benoemingsbeleid is begin van de ellende natuurlijk. Zo is het ook op andere christelijke scholen gegaan. Dat laatste is de vraag natuurlijk. Want is daar echt de teloorgang begonnen van veel christelijke scholen? Christelijke scholen die vaak die naam niet meer verdienen.

Zeker gereformeerde scholen in het westen van Nederland zitten vaak te springen om goed personeel. De gereformeerde school in Amsterdam heeft voor zover ik weet geen leerkrachten die zijn opgegroeid in de stad. Ondanks hun opleiding (bijvoorbeeld in Zwolle, Ede of Alkmaar) kost het daarom vaak jaren om te groeien in een multiculturele school. Daarom zou het reservoir waar je in kunt vissen veel groter moeten zijn. In Amsterdam heb je gelukkig nog 25.000 christenen. Dat bied veel mogelijkheden.

Een ander beleid zou ook de grootste verschillen met de evangelische scholen kunnen opheffen. Laat er een verband ontstaan tussen gereformeerde, evangelische en orthodox-christelijke scholen. Dat maakt het voor jonge ouders, die niet meer zo vanzelfsprekend kiezen voor een school waar ze vroeger zelf op hebben gezeten, misschien toch logisch om te kiezen voor een school met identiteit.

(n.a.v. artikel in ND zaterdag 3.11.2012)